Hoe bereken je zijden in een driehoek met de sinusregel?
Hoe bereken je zijden in een driehoek met de sinusregel?
Ik wil graag weten hoe ik zijden in een driehoek bereken met de sinusregel. Ik vind het lastig om te begrijpen hoe ik vergelijkingen zoals herleid naar en naar . Ook zou ik graag een voorbeeld zien van hoe ik de sinusregel toepas, bijvoorbeeld in een rechthoekige driehoek met hoek C = 90°, zijde AC = 17 en hoek B = 17°, om de lengte van zijde AB te berekenen.
Antwoord van Ainstein
Om zijden in een driehoek te berekenen met de sinusregel, is het belangrijk om eerst te begrijpen hoe je vergelijkingen herleidt om een onbekende variabele te isoleren.
Herleiden van vergelijkingen: Wanneer je een vergelijking hebt zoals , wil je de variabele isoleren. Dit doe je door beide zijden van de vergelijking met 6 te vermenigvuldigen, wat resulteert in . Bij een vergelijking zoals wil je de variabele isoleren. Eerst vermenigvuldig je beide zijden met , waardoor je krijgt. Vervolgens deel je beide zijden door om te isoleren, wat leidt tot . Deze herleidingen zijn gebaseerd op de regels van gelijkheid in de wiskunde.
Ezelsbruggetje voor goniometrische functies (SOS, CAS, TOA): Om te onthouden welke goniometrische functie je moet gebruiken in een rechthoekige driehoek, kun je het ezelsbruggetje SOS, CAS, TOA gebruiken:
- SOS: Sinus = Overstaande zijde / Schuine zijde
- CAS: Cosinus = Aanliggende zijde / Schuine zijde
- TOA: Tangens = Overstaande zijde / Aanliggende zijde
Toepassing van de sinusregel (voorbeeld): De sinusregel is een formule die je kunt gebruiken om zijden of hoeken in elke willekeurige driehoek te berekenen, niet alleen in rechthoekige driehoeken. De regel stelt dat de verhouding van een zijde tot de sinus van de tegenoverliggende hoek constant is voor alle zijden en hoeken in een driehoek:
Laten we de sinusregel toepassen op het voorbeeld van een driehoek met de volgende gegevens:
- Hoek C = 90°
- Zijde AC = 17
- Hoek B = 17°
We willen de lengte van zijde AB berekenen.
-
Bereken Hoek A: De som van de hoeken in een driehoek is altijd 180°. Hoek A = 180° - Hoek B - Hoek C Hoek A = 180° - 17° - 90° = 73°
-
Gebruik de sinusregel: We gebruiken de verhouding van zijde AB tot de sinus van Hoek C, en zijde AC tot de sinus van Hoek B. Echter, in dit specifieke voorbeeld is het handiger om de verhouding van zijde AB tot de sinus van Hoek C (90°) en zijde AC tot de sinus van Hoek B (17°) te gebruiken, of zijde AB tot de sinus van Hoek A (73°) en zijde AC tot de sinus van Hoek B (17°). De formule wordt dan: of
Laten we de tweede optie gebruiken, zoals in het voorbeeld:
-
Los de vergelijking op: Om AB te isoleren, vermenigvuldig je beide zijden met :
-
Bereken de waarde: Bereken de waarden van de sinusfuncties:
Vul deze waarden in:
Opmerking: In het voorbeeld werd en gebruikt, wat leidde tot . Dit kan komen door afrondingsverschillen in de tussenstappen of het gebruik van een rekenmachine met meer decimalen. Het principe van de berekening blijft hetzelfde.
De lengte van zijde AB is dus ongeveer 55.6 (of 58.1 afhankelijk van de precisie van de sinuswaarden).
- Extra uitleg en oefenen voor elk boek op school
- Stel vragen en krijg direct antwoord
- Video’s, samenvattingen, oefenen, AI-tutor, woordjes leren en examentraining

Gerelateerde vragen
Vind antwoorden op vragen die gerelateerd zijn aan dit onderwerp.