Hoe bereken je de lichtsterkte van een ster?

De lichtsterkte (of lichtkracht) van een ster, aangeduid met $L$, kun je berekenen met behulp van de Wet van Stefan-Boltzmann. Deze wet relateert de lichtsterkte aan de temperatuur en het oppervlak van de ster.

De basisformule voor de lichtsterkte is: $L = \sigma \cdot A \cdot T^4$

Hierin is:

• $L$ de lichtsterkte van de ster (in Watt, W)
• $\sigma$ de constante van Stefan-Boltzmann ($5,67 \cdot 10^{-8} \text{ W/(m}^2\text{K}^4)$)
• $A$ het oppervlak van de ster (in vierkante meter, m$^2$)
• $T$ de effectieve temperatuur van het oppervlak van de ster (in Kelvin, K)

Omdat sterren vaak als bollen worden benaderd, kun je het oppervlak ($A$) van de ster berekenen met de formule voor het oppervlak van een bol: $A = 4 \cdot \pi \cdot R^2$

Hierin is:

• $R$ de straal van de ster (in meter, m)

Als je deze formule voor $A$ invult in de formule voor $L$, krijg je de complete formule voor de lichtsterkte van een ster: $L = \sigma \cdot (4 \cdot \pi \cdot R^2) \cdot T^4$

Met deze formule kun je de lichtsterkte van een ster berekenen als je de straal ($R$) en de temperatuur ($T$) van de ster weet.