Hoe werken de Franse samentrekkingen au en aux?

De Franse samentrekkingen 'au' en 'aux' ontstaan wanneer het voorzetsel 'à' (naar, in, aan) wordt gecombineerd met bepaalde lidwoorden. Dit is een vaste grammaticale regel in het Frans.

• 'au' ontstaat wanneer je het voorzetsel 'à' combineert met het mannelijk enkelvoudige lidwoord 'le'.
  • Voorbeeld: Je vais au Maroc. (Ik ga naar Marokko.) Hier staat 'au' voor 'à le'.
• 'aux' ontstaat wanneer je het voorzetsel 'à' combineert met het meervoudige lidwoord 'les'.
  • Voorbeeld: Il habite aux Pays-Bas. (Hij woont in Nederland.) Hier staat 'aux' voor 'à les'.

Deze samentrekkingen gebeuren alleen bij mannelijke enkelvoudige woorden (voor 'au') en meervoudige woorden (voor 'aux'). Bij vrouwelijke woorden blijft het 'à la' en bij woorden die met een klinker of stomme 'h' beginnen, blijft het 'à l''. <br>

• Voorbeeld 'à la': Nous allons à la plage. (Wij gaan naar het strand.)
• Voorbeeld 'à l'': Elle va à l'école. (Zij gaat naar school.)