Hoe veroorzaakt bodemkanteling relatieve zeespiegelstijging?

Bodemkanteling is een proces dat na een ijstijd plaatsvindt en een oorzaak is van relatieve zeespiegelstijging. Dit werkt als volgt:

1. Druk van het ijs: Tijdens de laatste ijstijd lag er een enorme ijskap op delen van Nederland en Scandinavië. Het enorme gewicht van dit ijs drukte de aardkorst naar beneden.
2. Smelten van het ijs: Toen de ijstijd voorbij was en het ijs smolt, verdween de druk op de aardkorst.
3. Opheffing en kanteling: Zonder het gewicht van het ijs veert de aardkorst langzaam weer omhoog. Dit proces gaat niet overal even snel. Gebieden die zwaarder belast waren (zoals Scandinavië) veren sneller omhoog, terwijl gebieden die minder belast waren (zoals het westen van Nederland) langzamer omhoog komen of zelfs een beetje dalen. Dit ongelijke omhoog veren zorgt voor een kanteling van de bodem.

Hierdoor daalt een deel van Nederland langzaam ten opzichte van het zeeniveau. Relatieve zeespiegelstijging betekent dat de bodem daalt ten opzichte van het zeeniveau. Dus, zelfs als de absolute zeespiegel (de hoogte van de zee zelf) niet stijgt, komt het land lager te liggen door deze kanteling, waardoor het lijkt alsof de zeespiegel stijgt ten opzichte van het land.