Hoe begrenzen we zinnen correct en gebruiken we hoofdletters en leestekens?

Hoe begrenzen we zinnen correct en gebruiken we hoofdletters en leestekens?

NederlandsNederlands

Hoe begrenzen we zinnen correct en gebruiken we hoofdletters en leestekens?

Hoe begrenzen we zinnen correct en gebruiken we hoofdletters en leestekens?

Antwoord van Ainstein

Om zinnen correct te begrenzen en hoofdletters en leestekens juist te gebruiken, zijn er verschillende regels die je moet volgen. Hier zijn de belangrijkste punten, geïllustreerd met een voorbeeld:

Neem de zin: "Mijn leraar Nederlands zei: "Wie heeft de hoofdstad van België bezocht?" Ik stak mijn hand op."

Hierin zie je de volgende regels toegepast:

  • Hoofdletter aan het begin van een zin: Elke nieuwe zin begint met een hoofdletter, zoals bij "Mijn" en "Ik".
  • Hoofdletters bij eigennamen: Namen van landen, steden, talen en vakken (indien het de taal zelf betreft of een eigennaam) krijgen een hoofdletter. Denk aan "Nederlands" en "België".
  • Dubbele punt voor directe rede: Als je letterlijk iemands woorden citeert, gebruik je een dubbele punt voor de aanhalingstekens, zoals na "zei".
  • Aanhalingstekens: De letterlijke woorden van iemand staan tussen aanhalingstekens.
  • Hoofdletter in directe rede: De eerste letter van de directe rede (de geciteerde woorden) krijgt een hoofdletter, zoals bij "Wie".
  • Leesteken binnen aanhalingstekens: Het leesteken dat bij de geciteerde zin hoort (bijvoorbeeld een vraagteken of uitroepteken), plaats je binnen de aanhalingstekens. In het voorbeeld is dat het vraagteken na "bezocht".
  • Punt aan het einde van een mededelende zin: Een gewone mededelende zin eindigt met een punt.

Let ook op de trema op de 'e' in "België". Dit zorgt voor de juiste uitspraak.

Wil je betere cijfers halen?
  • Extra uitleg en oefenen voor elk boek op school
  • Stel vragen en krijg direct antwoord
  • Video’s, samenvattingen, oefenen, AI-tutor, woordjes leren en examentraining