- Ontkieming
- Het proces waarbij een zaadje begint te groeien onder gunstige omstandigheden.
- Groeipunten
- De plekken in planten waar actieve celdeling plaatsvindt, zoals in de toppen van wortels en stengels.
- Mitose
- Celdeling waarbij twee identieke dochtercellen worden gevormd.
- Plasmogroei
- De groei van een cel door toename van het cytoplasma.
- Celstrekking
- Het proces waarbij een cel in lengte toeneemt door opname van water.
- Levenscyclus
- De reeks stadia die een plant doorloopt van zaad tot volwassenheid en zaadproductie.
- Embryo
- Een jong plantje dat zich in een zaad bevindt.
- Zaadlobben
- De eerste bladeren van een kiemplant die reservevoedsel bevatten.
- Fotosynthese
- Het proces waarbij planten lichtenergie gebruiken om suikers te maken uit CO2 en water.
- Monokotielen
- Planten met één zaadlob, zoals maïs.
- Dikotielen
- Planten met twee zaadlobben, zoals bonen.
- Meristeem
- Plantweefsel waar actieve celdeling plaatsvindt.
- Celdifferentiatie
- Het proces waarbij cellen zich specialiseren in functie.
- Wortelharen
- Microscopisch kleine uitgroeisels van wortels die helpen bij de opname van water en voedingsstoffen.
- Chlorofiel
- Groen pigment in planten dat essentieel is voor fotosynthese.