Welke pigmenten geven planten hun kleur?

De verschillende kleurstoffen die je in planten vindt en die zorgen voor de kleuren, zijn pigmenten. De belangrijkste pigmenten die planten hun kleur geven, zijn:

• Chlorofyl (A en B): Dit is het bladgroen dat zorgt voor de groene kleur van planten, vooral in chloroplasten (bladgroenkorrels). In chloroplasten vindt fotosynthese plaats, waarbij lichtenergie wordt omgezet in glucose en zuurstof.
• Xanthofyl: Dit is ook een fotosynthetisch pigment.
• Karoteen: Dit pigment kan bijvoorbeeld zorgen voor oranje kleuren, zoals je die ziet in herfstbladeren.

Deze pigmenten bepalen welke kleur een plantendeel heeft. Chromoplasten (kleurstofkorrels) zijn plastiden die andere pigmenten dan chlorofyl bevatten en geven plantendelen, zoals bloemen en vruchten, hun rode, oranje of gele kleur. Chloroplasten en chromoplasten kunnen in elkaar overgaan; zo kan een groene tomaat rood worden of een wortel die boven de grond komt groen.