Wat zijn statistische verdelingen?

Statistische verdelingen beschrijven hoe waarnemingen verdeeld zijn over verschillende categorieën of waarden. Denk bijvoorbeeld aan hoe de inhoud van frisdrankflessen verdeeld is in een fabriek.

De belangrijkste verdelingen die je tegenkomt zijn:

• Normale verdeling: Dit is een symmetrische, klokvormige verdeling. Het gemiddelde zit precies in het midden, en 50% van de waarnemingen is groter en 50% is kleiner dan het gemiddelde.
  • Gemiddelde ($\mu$): Dit is de meest voorkomende waarde en het midden van de verdeling.
  • Standaardafwijking ($\sigma$): Dit geeft aan hoeveel de waarnemingen gemiddeld afwijken van het gemiddelde. Het is de afstand tussen het gemiddelde en het buigpunt van de klokvormige lijn.
  • Vuistregels: Bij een normale verdeling geldt dat ongeveer 68% van de waarnemingen binnen één standaardafwijking van het gemiddelde ligt, en ongeveer 95% binnen twee standaardafwijkingen.
• Scheve verdeling: Deze verdelingen zijn niet symmetrisch. Ze hebben een 'staart' die langer is naar links (linksscheef) of naar rechts (rechtsscheef). Bij een linksscheve verdeling liggen de mediaan en het gemiddelde links van de top (modus), en bij een rechtsscheve verdeling liggen ze rechts van de top.
• Meertoppige verdeling: Hierbij zie je meer dan één piek in de frequentie van de uitkomsten, wat betekent dat er meerdere 'populaire' waarden zijn.
• Boxplots: Dit zijn grafische weergaven die je helpen de spreiding van data te zien. Ze tonen het minimum, het 1e kwartiel, de mediaan, het 3e kwartiel en het maximum van een dataset. De 'box' geeft de interkwartielafstand weer (het gebied tussen het 1e en 3e kwartiel), en de 'sprieten' laten de rest van de spreiding zien.