Wat is belangrijk om te leren voor het aardrijkskunde examen?

Voor een goed voorbereid aardrijkskunde examen zijn er verschillende belangrijke onderwerpen en studietips.

Belangrijke onderwerpen:

• Landschapszones: Dit zijn gebieden met vergelijkbare natuurlijke kenmerken, zoals vegetatie en landschap. Ze worden ook wel biomen of fysisch-geografische zones genoemd. Voorbeelden hiervan kun je vinden in de kaartenatlas.
• Globalisering: Begrijp de economische, politieke en culturele aspecten en de gevolgen hiervan. Globalisering is een proces waarbij gebieden wereldwijd steeds meer met elkaar verbonden raken. Dit komt door:
  • Verbetering van de transporttechnologie: Snellere vervoersmiddelen zoals treinen, auto's en vliegtuigen maken de wereld kleiner.
  • Vermindering van handelsgrenzen: Het afschaffen van importbelastingen zorgt voor meer handel en contact tussen landen.
  • Toename van multinationale ondernemingen (mno's): Bedrijven met vestigingen in meerdere landen zorgen voor meer contact met het buitenland.
  • Verbetering van de informatie- en communicatietechnologie: Het uitwisselen van informatie en communiceren met elkaar is makkelijker dankzij internet en social media. Als gevolg hiervan doen steeds meer landen mee aan de wereldhandel en verkopen bedrijven producten over de hele wereld.
• Kritiek op BNP per hoofd: Weet wat de beperkingen zijn van het Bruto Nationaal Product (BNP) per hoofd als indicator van economische activiteit.
• Kringlopen: Begrijp de hydrologische kringloop, de gesteentekringloop en de koolstofkringloop.

Studiemethoden en tips:

• Oefen met oude examens: Dit geeft je inzicht in de vraagstelling en hoe je de theorie moet toepassen.
• Gebruik de atlas: De atlas is een cruciaal hulpmiddel. Zorg dat je weet hoe je kaarten en grafieken moet lezen en interpreteren.
• Houd de actualiteit bij: Aardrijkskunde is een vak dat beïnvloed wordt door actuele gebeurtenissen, zoals klimaatverandering.
• Begrippen leren: Verdeel de begrippen in thema's en gebruik flashcards om ze effectief te leren.
• Kaarten en topografie: Verdeel de stof in regio's of continenten en focus op specifieke soorten kaarten.