Waarom ontstond er een verschil tussen arm en rijk tijdens de Industriële Revolutie?

Tijdens de Industriële Revolutie ontstond er een duidelijk verschil tussen arm en rijk door de opkomst van het industrieel kapitalisme en de herstructurering van de samenleving rondom fabrieken. Dit leidde tot de vorming van twee nieuwe, duidelijk te onderscheiden sociale klassen:

1. De rijken: Dit waren voornamelijk de fabriekseigenaren en industriële ondernemers. Zij investeerden kapitaal in fabrieken, machines, grondstoffen en arbeidskrachten. Door de massaproductie en de verkoop van producten behaalden zij aanzienlijke winsten, wat hun welvaart enorm deed toenemen. Deze groep wordt ook wel de 'nouveau riche' (nieuwe rijken) genoemd.
2. De armen: Dit waren de fabrieksarbeiders. Zij werkten vaak lange dagen, soms wel 14 tot 16 uur per dag, voor een laag loon in ongezonde en gevaarlijke omstandigheden. Door de snelle bevolkingsgroei was er een overschot aan arbeidskrachten. Dit gaf werkgevers veel macht, waardoor arbeiders weinig invloed hadden op hun arbeidsvoorwaarden of loon.

Dit toenemende verschil in welvaart was vooral zichtbaar in de steden, waar zowel de fabrieken als de arbeiderswoningen geconcentreerd waren.