De Geo - Havo - Brazilië - Hoofdstuk 3
Woorden in deze lijst (16)
Origineel
- BRICS-land
- Verzamelnaam voor de vijf opkomende landen Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika.
- bruto nationaal product (bnp)
- De totale geldwaarde van alle goederen en diensten die alle staatsburgers van een land in een jaar produceren.
- buitenlandse investering
- Investering in een ander land, meestal in ruil voor meer zeggenschap in dat land. Heet ook foreign direct investment (fdi).
- eindproduct
- Het uiteindelijke product dat de weg van grondstof via halffabricaat tot eindproduct heeft doorlopen en klaar is om aan de klant verkocht te worden.
- exportpakket
- De samenstelling naar soort en waarde van goederen en diensten die worden geleverd aan het buitenland.
- foreign direct investment (fdi)
- Investering in een ander land, meestal in ruil voor meer zeggenschap in dat land. Heet ook buitenlandse investering.
- global shift
- Het verschuiven van het economische zwaartepunt op de wereld.
- grondstof
- Ruw materiaal (zoals ijzererts, hout) dat nog bewerkt moet worden om er een product van te maken.
- halffabricaat
- Industrieproduct dat nog verder bewerkt moet worden tot eindproduct.
- handelsbalans
- Overzicht met aan de ontvangstenkant de geldwaarde van de uitvoer van goederen en diensten van een land over een bepaalde periode, en aan de uitgavenkant de geldwaarde van de invoer.
- importpakket
- De samenstelling naar soort en waarde van alle goederen en diensten die uit het buitenland komen.
- macroregio
- Onderverdeling van de wereld in gebieden, meestal (delen van) continenten, zoals Europa, Zuid-Amerika, Oost-Azië en Zuid-Azië.
- politieke integratie
- Proces waarbij de politieke verschillen tussen gebieden worden verkleind.
- regionale grootmacht
- Land dat een economische en politieke machtspositie heeft op continentaal schaalniveau en ook op mondiaal schaalniveau een belangrijke positie nastreeft, zoals Brazilië, Rusland en India.
- reprimair ontwikkeling
- Hier: het terugvallen op de export van grondstoffen na een periode van industrialisatie waarbij relatief meer halffabricaten en eindproducten uitgevoerd werden.
- speciale economische zone (sez)
- Gebied waar buitenlandse bedrijven zich vrij mogen vestigen en weinig belasting betalen.