Begrippen van Dormir (présent, passé composé, imparfait, futur en conditionnel)

Begrippen van Dormir (présent, passé composé, imparfait, futur en conditionnel)

Woorden in deze lijst (9)

Présent
Tegenwoordige tijd
Passé composé
Voltooid tegenwoordige tijd
Imparfait
Onvoltooid verleden tijd
Futur proche
Nabije toekomst
Futur simple
Toekomende tijd
Conditionnel
Voorwaardelijke wijs
Dormir
Slapen
Avoir
Hebben
Aller
Gaan
Hoi Gast!