Neue Kontakte - Lehraufgabenbuch - 4 HAVO - Im Einsatz - Wortschatz und sprechen D
Woorden in deze lijst (43)
Origineel
- de batterij (mobieltje)
- der Akku
- de dader
- der Täter
- de identiteitskaart
- der Personalausweis
- de ooggetuige
- der Augenzeuge
- de oproep
- der Aufruf
- de overval
- der Überfall
- de pinautomaat
- der Geldautomat
- de politieagent
- der Polizist
- het telefoontje
- der Anruf
- de accu
- die Autobatterie
- de afrit
- die Ausfahrt
- de autogarage
- die Autowerkstatt
- de brandweer
- die Feuerwehr
- de controle
- die Kontrolle
- de pech
- die Panne
- de straf/de boete
- die Strafe
- de voicemail
- die Mailbox
- de bankrekening
- das Konto
- de oplader
- das Ladegerät
- aan de hand zijn
- los sein
- aangifte doen
- Anzeige erstatten
- achterlaten
- hinterlassen
- bereiken
- erreichen
- branden
- brennen/gebrannt
- doorgeven
- weitergeben/weitergegeben
- doorverbinden
- verbinden/verbunden
- gebeuren
- passieren
- geld opnemen
- Geld abheben/abgehoben
- herhalen
- wiederholen
- melden
- melden
- opladen
- aufladen/aufgeladen
- opnemen (telefoon)
- rangehen/rangegangen
- opvallen
- auffallen/aufgefallen
- stelen
- stehlen/gestohlen
- terugbellen
- zurückrufen/zurückgerufen
- vallen
- fallen/gefallen
- bereikbaar
- erreichbar
- geldig
- gültig
- gewoon
- verletzt
- leeg
- leer
- verwachten
- erwarten
- Wat zegt u?
- Wie bitte?
- zometeen
- gleich
