Chapter 2 HEALTH - Stones - 5 Talking about what happened

Chapter 2 HEALTH - Stones - 5 Talking about what happened

Woorden in deze lijst (5)

What were you doing when you felt sick?
Wat was je aan het doen toen je je ziek voelde?
What were you doing when the accident happened?
Wat was je aan het doen toen het ongeluk gebeurde?
I was running in the park when I felt dizzy.
Ik was aan het rennen in het park toen ik me duizelig ging voelen.
I was skating when I suddenly had a pain in my back.
Ik was aan het skaten toen ik ineens pijn in mijn rug kreeg.
We were warming up when the ball hit Sarah.
We waren aan het opwarmen toen de bal Sarah raakte.
Hoi Gast!