ZugSpitze - 5/6 VWO - Lesen - Auf der Böse - Vokabelliste
Woorden in deze lijst (49)
Origineel
- der Verfasser
- de schrijver
- die Aussage
- de uitspraak
- die Lücke
- het gat/
het hiaat - die Ergänzung
- de aanvulling
- die Zeile
- de regel
- wachsen
- groeien
- das Wachstum
- de groei
- aufwachsen
- opgroeien
- gewachsen sein
- opgewassen zijn tegen
- der Nachwuchs
- de jongere mensen/
de jongere generatie - die Wirtschaft
- de economie/
het bedrijfsleven - die Leistung
- de prestatie
- sich leisten
- zich permitteren
- die Sozialleistungen
- de uitkeringen
- die Steuer
- de belastingen
- besteuern
- belasting heffen op
- sich beschäftigen mit
- zich bezighouden met
- die Beschäftigung
- de bezigheid/
het werk/ de baan/ de werkgelegenheid - die Beschäftigten
- de werknemers
- erzeugen
- opwekken
- das Erzeugnis
- het product
- sich ernähren
- zich voeden
- offenbar
- blijkbaar
- das Öl
- de olie
- fördern
- bevorderen/
stimuleren/ het winnen van grondstoffen - die Förderung
- de (financiële) steun
- die Schicht
- de laag
- der Wohlstand
- de welvaart
- der Boom
- de opleving in de vraag naar een product
- boomen
- een opleving doormaken
- nachhaltig
- duurzaam
- die Maut
- de tol
- die Gebühren
- de kosten/
de tarieven - bezeichnen
- aanduiden
- das Kraftwerk
- de centrale (om stroom op te wekken)
- Angebot und Nachfrage
- vraag en aanbod
- der Betreiber
- de exploitant
- Riesen-/
riesig - reusachtig
- der Rohstoff
- de grondstof
- schrumpfen
- krimpen/
dalen - sich erholen
- zich herstellen/
bijkomen van - das Gewerbe
- de tak van industrie/
de bedrijfstak - senken
- verlagen
- der Sprit
- de benzine
- der Ertrag/
der Erlös - de opbrengst
- der Vertrag
- het contract
- kündigen
- (huur)contract opzeggen/
ontslaan/ ontslag nemen - entlassen
- ontslagen
- befristet
- voor een bepaalde termijn