Begrippen (B) Arm en Rijk HS4 "Een veranderende wereld."

4keer geoefend
Woorden in deze lijst (28)
Origineel
- Afwenteling in ruimte en tijd
- Het verplaatsen van (milieu)problemen naar andere gebieden (ruimte) en toekomstige generaties (tijd).
- Amerikanisering
- Het verschijnsel dat op steeds meer plaatsen in de wereld uitingen van de Noord-Amerikaanse cultuur te zien zijn.
- Arbeidsmigratie
- De situatie waarin mensen hun eigen woongebied verlaten om elders te gaan werken.
- Culturele diffusie
- De verspreiding en vermenging van vernieuwingen of ideeën over landen en/of bevolkingsgroepen.
- Culturele globalisering
- Proces waarbij er een grotere verwevenheid ontstaat tussen cultuurgebieden. Vooral het proces van Amerikanisering speelt hierin een rol.
- Culturele identiteit
- Kenmerken van een persoon of een groep mensen die hen onderscheidt van andere personen of groepen mensen.
- Cultuurgebied
- Gebied met overeenkomsten in cultuur.
- Economische globalisering
- Globalisering waarbij de nadruk ligt op de groeiende internationale handel, de directe buitenlandse investeringen en de toegenomen betekenis van multinationals.
- Global shift
- Het verschuiven van het economische zwaartepunt op de wereld.
- Globalisering
- Proces waarbij landen op economisch, cultureel, sociaal en politiek gebied met elkaar verbonden worden.
- Handelsbelemmeringen
- Door de overheid opgelegde voorwaarden die de invoer van producten bemoeilijken, vaak om binnenlandse producten te bevoordelen, soms ter bescherming van de binnenlandse gezondheidssituatie.
- Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
- Hoogwaardige technologie die bestemd is voor het verstrekken en uitwisselen van informatie, vooral met hulp van computers, telecommunicatie en informatiesystemen, zoals netwerken databases en websites. Ook computeronderhoud en ontwikkelen van software vallen hieronder.
- Internationale arbeidsverdeling
- Het verschijnsel dat landen zich toeleggen op de productie van bepaalde goederen of de levering van bepaalde diensten.
- Lingua franca
- Taal die op grote schaal als voertaal wordt gebruikt door mensen met een verschillende moedertaal.
- Migratienetwerk
- Netwerk van familieleden en bekenden waarvan migranten gebruikmaken bij kettingmigratie.
- Mondiaal netwerk
- Wereldwijde langdurige en georganiseerde contacten en relaties tussen bedrijven, instellingen en mensen.
- Productieketen
- De schakels waaruit het productieproces van goederen bestaat, van grondstof tot eindproduct.
- Pullfactor
- Reden die een gebied aantrekkelijk maakt voor migranten. Heet ook aantrekkingsfactor
- Pushfactor
- Reden om te verhuizen uit een gebied. Heet ook afstotingsfactor.
- Reshoring
- Het terughalen van bedrijfsactiviteiten naar het thuisland of het bewust behouden van bedrijfsactiviteiten in het thuisland.
- Selectieve migratie
- Migratie op basis van bijvoorbeeld leeftijd, inkomen en geslacht.
- Taal
- Cultuurelement dat een belangrijk middel is in de overdracht van informatie, gevoelens en ideeën.
- Tijd-ruimtecompressie
- Proces waarbij de relatieve afstand tussen plaatsen daalt vanwege de moderne transport- en informatietechnologie.
- Transporttechnologie
- Moderne technieken waaronder digitale technologie, die het mogelijk maken goederen sneller, goedkoper en op grotere schaal te vervoeren en distribueren.
- Vrijhandel
- Handel tussen landen die volledig plaatsvindt volgens de wetten van vraag en aanbod.
- Wereldhandelsorganisatie (WTO)
- Organisatie die er op is gericht handel te stimuleren door landen te laten onderhandelen over het verlagen van invoertarieven, het afschaffen van regels die handel beperken, en het laten gelden van gelijke regels voor alle landen.
- Wereldstad
- Miljoenenstad die op mondiale schaal een rol van betekenis speelt op het gebied van economie, de cultuur en politiek. Heet ook metropool.
- Godsdienst
- Een levensbeschouwing die uitgaat van het bestaan van een of meer goden.