Nectar - 3 vmbo-gt - Hoofdstuk 5 - Gedrag
Woorden in deze lijst (65)
Origineel
- aaibaarheidsfactor
- geeft aan hoe aardig mensen een dier vinden
- aangeboren gedrag
- gedrag dat een mens of dier bij de geboorte al heeft; bestaat uit reflexen en erfelijk gedrag
- aanvalsgedrag
- agressief gedrag dat een dier vertoont als er een indringer in zijn territorium komt
- afbakenen
- laten zien wat de grenzen van je territorium zijn
- baltsgedrag
- gedrag waarmee een mannetje en een vrouwtje elkaar lokken als voorbereiding op de paring
- beloning
- positieve maatregel als reactie op vertoond gedrag
- broedzorg
- het verzorgen van de eieren of jongen door de ouders of een van de ouders
- communicatie
- het elkaar iets duidelijk maken door het uitwisselen van signalen; dit kan verbaal (met woorden) of non-verbaal (lichaamstaal)
- conditioneren
- leren door het verband te leggen tussen het gedrag en de gevolgen daarna
- dominant
- dier (meestal een mannetje) dat bovenaan de rangorde staat in een groep
- dreiggedrag
- door zijn houding probeert een dier een ander dier weg te jagen
- drempelwaarde
- de minimale sterkte van een prikkel die nodig is om een impuls naar de hersenen te sturen
- erfelijk gedrag
- responsen op sleutelprikkels, die bij de geboorte al zijn 'ingebouwd'
- ethogram
- lijst met omschrijvingen van verschillende handelingen
- ethologie
- het onderdeel van de biologie dat gedrag bestudeert
- etholoog
- bioloog die gedrag bestudeert
- gedrag
- alles wat een mens of dier doet; alle reacties die ze vertonen
- gedragsketen
- reeks opeenvolgende handelingen waaruit gedrag bestaat
- gewennen
- als een dier of mens leert om niet meer te reageren op een bepaalde prikkel
- gezelschapsdieren
- dieren die gehouden worden als huisdier
- groepsgedrag
- gedrag dat te maken heeft bij de taakverdeling binnen een groep soortgenoten en bij het vaststellen van de rangorde binnen de groep
- handeling
- klein stukje gedrag dat je kunt onderscheiden
- imiteren
- leren door het gedrag van soortgenoten na te doen
- inprenten
- leren in een korte periode, vlak na de geboorte
- inwendige prikkel
- prikkel van binnenuit het lichaam van een mens of dier, bijvoorbeeld honger, dorst, angst of pijn
- inzichtelijk leren
- leren door nadenken; in onbekende situaties een oplossing voor een probleem bedenken
- leren
- het steeds meer verfijnen van aangeboren gedrag of het verkrijgen van nieuw gedrag
- lichaamstaal
- vorm van communicatie waarbij je zonder te praten, alleen met je lichaam laat zien hoe je je voelt
- motivatie
- de wil om op een prikkel te reageren
- natuurlijk gedrag
- gedrag dat diersoorten in gevangenschap vertonen als ze in het wild zouden leven
- non-verbaal gedrag
- jezelf uitdrukken (communiceren) zonder woorden; lichaamstaal gebruiken
- normen
- gedragsregels, een soort afspraken, die bij een bepaalde waarde horen
- oefenen
- gedrag verschillende keren uitvoeren om het steeds beter te doen
- onderdanig
- dier dat lager in de rangorde in een groep staat
- overspronggedrag
- gedrag dat dieren tijdens het dreigen soms vertonen; dat gedrag past niet bij de situatie
- pikorde
- rangorde bij kippen; wordt uitgevochten door elkaar te pikken
- prikkel
- verandering in je omgeving of in je lichaam, waarop je kunt reageren
- productiedieren
- dieren die gehouden worden voor voedselproductie
- proefdieren
- dieren die gehouden worden om medicijnen of de veiligheid van voedsel te testen
- proefondervindelijk leren
- zie bij trial and error
- protocol
- lijst met waargenomen handelingen en de aantallen waarin elke handeling voorkomt gedurende een bepaalde tijd
- rangorde
- als er in een groep dominante en onderdanige dieren zijn en elk dier zijn plaats kent
- reflexen
- vaste, snelle, onbewuste reacties op prikkels
- respons
- reactie op een signaal
- rolpatroon
- alle gedragingen die bij een bepaalde rol horen
- signaal
- het uitzenden van een prikkel
- sleutelprikkel
- uitwendige prikkel waarop altijd dezelfde respons volgt
- sociaal gedrag
- al het gedrag dat soortgenoten onderling vertonen
- sperren
- het wijd opendoen van de bekjes bij jonge vogels
- spergedrag
- als jonge vogeltjes hun bekjes wijd opendoen als ze één van de ouders boven het nest zien
- straf
- vervelende maatregel als reactie op een bepaald gedrag
- supranormale prikkel
- overdreven sleutelprikkel waarop een extra sterke respons volgt
- taakverdeling
- samenwerking bij groepsdieren, ieder dier heeft daarbij een eigen taak
- territorium
- een eigen, afgebakend gebied van een dier
- territoriumgedrag
- gedrag dat te maken heeft met het afbakenen en verdedigen van een eigen gebied
- trial and error
- leren van de ervaringen die je hebt met het uitvoeren van bepaalde handelingen
- uitwendige prikkel
- prikkel uit de omgeving van een mens of dier
- verbaal gedrag
- jezelf uitdrukken (communiceren) door praten
- verzorggedrag
- gedrag dat mensen en dieren vertonen om hun jongen te verzorgen
- vluchtgedrag
- bang gedrag dat een dier vertoont tegen een agressieve soortgenoot
- voortplantingsgedrag
- gedrag dat te maken heeft met het vinden van een soortgenoot om mee te paren, de paring en het verzorgen van de jongen
- waarden
- geven aan wat mensen belangrijk vinden, bijvoorbeeld eerlijkheid of trouw
- dierenwelzijn
- als een dier zijn natuurlijke gedrag kan vertonen en geen honger, dorst, angst, pijn of stress heeft
- emoties
- bepaald gevoel als reactie op een prikkel
- zelfbewustzijn
- als je onderscheid kunt maken tussen jezelf en iemand anders