Chapter 6 HAVING A GOOD TIME - Stones - 17 Talking about future plans and making arrangements
Woorden in deze lijst (7)
Origineel
- What are you going to do this weekend?
- Wat ga je dit weekend doen?
- I’m planning to visit the farmer’s market.
- Ik ben van plan om naar de (boeren)markt te gaan.
- What are their plans for tomorrow?
- Wat zijn hun plannen voor morgen?
- They are going to go to the funfair.
- Ze gaan naar de kermis.
- We should get together for coffee sometime soon.
- We zouden binnenkort eens samen koffie moeten gaan drinken.
- Why don’t we catch a film next weekend?
- Waarom gaan we niet een film kijken volgend weekend?
- How about tomorrow at the usual place?
- Wat dacht je van morgen op de gebruikelijke plek?