Chapitre 2 - F - compleet

4keer geoefend
Woorden in deze lijst (28)
Origineel
- au nord
- in het noorden
- à l'est
- in het oosten
- au sud
- in het zuiden
- à l'ouest
- in het westen
- lourd(e)
- zwaar
- léger/
-ère - licht (van gewicht)
- pauvre
- arm
- riche
- rijk
- chaud
- warm
- froid
- koud
- l'arbitre m
- de scheidsrechter
- la source
- de bron
- le concours
- de wedstrijd
- accrocher
- (iets) ophangen
- il pèse
- hij weegt
- ça marche
- dat werkt
- la différence
- het verschil
- timide
- verlegen
- l'enfant m
- het kind
- l'adulte m
- de volwassene
- il est assis
- hij zit
- s'asseoir
- zitten
- être prêt(e) à
- bereid zijn om te
- chercher (quelqu'un)
- (iemand) ophalen
- au printemps
- in de lente
- en été
- in de zomer
- en automne
- in de herfst
- en hiver
- in de winter