10.1 Bouw en functie van DNA termen

10.1 Bouw en functie van DNA termen

Indy
6

Woorden in deze lijst (21)

3’-uiteinde
uiteinde van een DNA-keten waar zich een OH-groep bevindt
gen
deel van een chromosoom dat de genetische informatie bevat voor een of meer erfelijke eigenschappen of voor een deel van een erfelijke eigenschap
plasmiden
korte, vaak circulaire stukjes DNA in het cytoplasma bij sommige prokaryoten
5’-uiteinde
uiteinde van een DNA-keten waar zich een fosfaatgroep bevindt
basenparing
stikstofbasen verbinden twee DNA-nucleotideketens met elkaar door vaste basenparing
nucleotiden
DNA bestaat uit twee ketens van aan elkaar gekoppelde nucleotiden die bestaan uit desoxyribose, een fosfaatgroep en een stikstofbase
DNA
desoxyribonucleïnezuur; bevat genetische informatie
genetische informatie
informatie voor genetische eigenschappen
enkelstrengs DNA-molecuul
streng van afwisselend aan elkaar gekoppelde desoxyribosen en fosfaatgroepen
helixstructuur
in een dubbelstrengs DNA-molecuul zijn de twee ketens in een spiraalvorm om elkaar heen gedraaid
histonen
eiwitten waar DNA omheen is gewikkeld
genoom
het geheel aan erfelijke informatie in een cel van een organisme
sequentie
volgorde waarin nucleotiden in een DNA-molecuul zijn gerangschikt
kern-DNA
DNA in alle chromosomen in de celkern bij eukaryoten
nucleosoom
een aantal histonen bij elkaar met het eromheen gewikkelde DNA
dubbelstrengs DNA
twee nucleotidenketens die bij elkaar worden gehouden door de waterstofbruggen tussen de complementaire stikstofbasen
chromosomen
zeer lange dubbelstrengs DNA-moleculen
mitochondriaal DNA
DNA in mitochondriën
niet-coderend DNA
DNA dat niet codeert voor eiwitten
chloroplast-DNA
DNA in chloroplasten
nucleïnezuur
een DNA-molecuul is een nucleïnezuur
Hoi Gast!