New Interface - 1 havo/vwo - Animals - Writing - Phrases

Woorden in deze lijst (22)

Origineel

I leave the house at quarter past seven.: Ik vertrek vanaf mijn huis om kwart over zeven.
I collect Fluffy at 7.45 am.: Ik haal Fluffy op om kwart voor acht.
Poppy has to be home before 8.30 am.: Poppy moet voor half negen thuis zijn.
I'm always awake by 6.30 am.: Ik ben altijd om half zeven wakker.
The park gates should be open by 7 am.: De hekken van het park zullen om zeven uur wel open zijn.
Be careful with him, he's quite snappy!: Wees voorzichtig met hem, hij hapt snel!
Watch out for the big Alsatian!: Kijk uit voor de grote herdershond!
Mind the pond!: Pas op voor de vijver!
Don't forget the dogs' leads!: Vergeet de hondenriemen niet!
Couldn't you ask the owner to put it on a lead?: Kun je de eigenaar niet vragen om het dier aan de riem te doen?
You could take them to the other side of the park.: Je kunt ze meenemen naar de andere kant van het park.
Couldn't I collect the dogs a bit earlier?: Zou ik de honden niet iets eerder kunnen ophalen?
Dogs shouldn't eat chocolate!: Honden mogen geen chocolade eten!
I always see it in the park and it is never on a lead!: Ik zie het dier altijd in het park en het zit nooit aan de riem!
How long do you usually spend in the park?: Hoelang ben je meestal in het park?
Do you usually give them something to eat?: Geef je ze meestal iets te eten?
I sometimes give them a doggy treat.: Ik geef ze soms een hondensnoepje.
What time do you leave the park?: Hoe laat verlaat je het park?
She is friendlier than Patch.: Ze is vriendelijker dan Patch.
It is as thin as a rake.: Het dier is zo mager als een lat.
Patch is smaller than the two other dogs.: Patch is kleiner dan de twee andere honden.
He is the fastest of all the dogs.: Hij is het snelst van alle honden.