Hoofdstuk 1
1keer geoefend
Woorden in deze lijst (20)
Origineel
- Atoom
- De kleinste deeleenheid van een chemisch element, opgebouwd uit protonen, neutronen en elektronen.
- Element
- Een stof die bestaat uit één soort atomen, zoals zuurstof (O), waterstof (H) of koolstof (C).
- Molecuul
- Een groepje atomen die aan elkaar gebonden zijn door chemische bindingen.
- Verbinding
- Een stof die bestaat uit twee of meer verschillende elementen die chemisch gebonden zijn.
- Chemische reactie
- Een proces waarbij stoffen (reactanten) veranderen in nieuwe stoffen (producten).
- Reactieschema
- Een manier om een chemische reactie te beschrijven met symbolen en formules van de stoffen.
- Faseovergang
- De verandering van de fase van een stof, bijvoorbeeld van vast naar vloeibaar (smelten) of van vloeibaar naar gas (verdampen).
- Zuivere stof
- Een stof die bestaat uit één soort deeltjes, zoals een enkel element of verbinding.
- Mengsel
- Een combinatie van twee of meer stoffen die niet chemisch gebonden zijn.
- Suspensie
- Een troebel mengsel van een vaste stof in een vloeistof.
- Emulsie
- Een troebel mengsel van twee vloeistoffen die niet goed mengen, zoals olie en water.
- Oplossing
- Een helder mengsel waarin een stof (opgeloste stof) volledig is opgelost in een oplosmiddel, zoals zout in water.
- Filtreren
- Scheidingstechniek om een vaste stof van een vloeistof te scheiden met behulp van een filter.
- Indampen
- Scheidingstechniek waarbij een oplossing wordt verhit zodat het oplosmiddel verdampt en de opgeloste stof achterblijft.
- Destilleren
- Scheidingstechniek waarbij een mengsel wordt gekookt en de damp wordt opgevangen en afgekoeld om zuivere stoffen te scheiden.
- Adsorberen
- Scheidingsmethode waarbij een stof zich hecht aan het oppervlak van een adsorptiemiddel, zoals actieve kool.
- Chromatografie
- Een scheidingstechniek om stoffen op basis van oplosbaarheid en adsorptie te scheiden.
- Reactieproduct
- Een nieuwe stof die ontstaat bij een chemische reactie.
- Massa
- De hoeveelheid materie in een voorwerp, vaak gemeten in gram of kilogram.
- Volume
- De ruimte die een stof inneemt, vaak gemeten in liter of milliliter.