havo 5

havo 5

Noor
2

Woorden in deze lijst (94)

eten
manger
redden
sauver
twijfelen
hésiter
dorst hebben
avoir soif
honger hebben
avoir faim
nodig hebben
avoir besoin de
eruitzien
avoir l'air
aandoen
mettre
dat vind ik leuk
ça me fait plaisir
later
plus tard
(uit)eindelijk
enfin
misschien
peut-être
te
trop
iets
quelque chose
als
si
lief
gentil, gentille
klaar
prêt, prête
het leven
la vie
het glas
le verre
de fles
la bouteille
het kopje
la tasse
de doos, het blik
la boite
het vlees
la viande
de vis
le poisson
het rundvlees
le bœuf
de pannenkoek
la crêpe
de kaas
le fromage
het ijs
la glace
de melk
le lait
ga je gang!
vas-y
vertellen
raconter
slagen
réussir
werken
travailler
bestellen
commander
worden
devenir
leren
apprendre
of
ou
het team
l'équipe
de droom
le rêve
het beroep
le métier
jong
jeune
sinds
depuis
want
car
dus
donc
ten eerste
d'abord
de kok
le cuisinier
de maaltijd
le repas
het advies
le conseil
de opleiding
la formation
ik was
j'étais
ik ging
j'allais
daarom
c'est pourquoi
het betekent
ça veut dire
brengen
apporter
teruggaan
retourner
klagen
râler
het is niet erg
ce n'est pas grave
het baantje
le petit boulot
de menukaart
la carte
de fooi
le pourboire
het zout
le sel
de peper
le poivre
het mes
le couteau
de vork
la fourchette
de lepel
la cuillère
het bord
l'assiette
de ketchup
le ketchup
de saus
la sauce
de mosterd
la moutarde
de boter
le beurre
de boot
le bateau
het doel
le but
de vrouw
la femme
de zee
la mer
het raam
la fenêtre
gebroken, kapot
cassé(e)
heerlijk
délicieux, délicieuse
warm
chaud(e)
ontmoeten
rencontrer
dromen
rêver
de bus missen
rater le bus
zwemmen
nager
beschrijven
décrire
vooral
surtout
alleen maar
seulement
een beetje
un peu
de bouw
la construction
de vervuiling
la pollution
iemand
quelqu'un
op 10 jarige leeftijd
à l'âge de 10 ans
bedreigen
menacer
de aandacht trekken
attirer l'attention
doden
tuer
beschermen
protéger
Hoi Gast!