Na klar! - 3 VWO - Aussichten - Les 3 Jobs - Redemittel
Woorden in deze lijst (20)
Origineel
- Ik kan helaas niet komen.
- Ich kann leider nicht kommen.
- Wat wil je worden?
- Was willst du werden?
- Daar kun je niets aan doen.
- Da kann man nichts machen.
- Hopelijk krijg je de baan.
- Hoffentlich bekommst du den Job.
- Ik wil een baan.
- Ich will einen Job.
- Mijn zus wil misschien arts worden.
- Meine Schwester möchte vielleicht Ärztin werden.
- Ik wil het liefst kunstenaar worden.
- Ich möchte am liebsten Künstler werden.
- Mag ik iets voorstellen?
- Darf ich etwas vorschlagen?
- Je komt niet? Dat is jammer.
- Du kommst nicht? Das ist schade.
- Komt dit goed uit?
- Passt dir das?
- Hoeveel verdien je dan?
- Wie viel verdienst du denn?
- Wanneer werk je?
- Wann arbeitest du?
- Ik werk gemiddeld drie uur op een dag.
- Ich arbeite durchschnittlich drei Stunden am Tag.
- Het werk bevalt me helemaal niet.
- Die Arbeit gefällt mir gar nicht.
- Ik wil later veel geld verdienen.
- Ich will später viel Geld verdienen.
- Dat is een goed idee.
- Das ist eine gute Idee.
- Je krijgt dan ook veel fooi.
- Man bekommt dann auch viel Trinkgeld.
- Ik heb geen tijd voor een baan.
- Ich habe keine Zeit für einen Job.
- Mijn zus brengt kranten rond.
- Meine Schwester trägt Zeitungen aus.
- Een baantje in een pizzeria zou ik heel leuk vinden.
- Ein Job in einer Pizzeria würde mir ganz gut gefallen.