Begrippen van Boire (présent, passé composé, imparfait, futur en conditionnel)

Begrippen van Boire (présent, passé composé, imparfait, futur en conditionnel)

Woorden in deze lijst (17)

bois
drinken
présent
tegenwoordige tijd
passé composé
voltooid tegenwoordige tijd
imparfait
onvoltooid verleden tijd
futur proche
nabije toekomst
futur simple
toekomende tijd
conditionnel
voorwaardelijke wijs
je
ik
tu
jij
il/elle/on
hij/zij/men
nous
wij
vous
jullie/u
ils/elles
zij
avoir
hebben
bu
gedronken
aller
gaan
boire
drinken
Hoi Gast!