FORUM - 1 havo/vwo - Grieken & Romeinen

Woorden in deze lijst (41)

Origineel

provincie: Door de Romeinen veroverd gebied buiten Italië. Later ook gebruikt voor: onderdeel van een rijk of staat waarin een eigen plaatselijk bestuur bestaat.
legioen: Een legereenheid van ongeveer 5000 man.
verdedigingslinie: Langs een lijn opgestelde verdedigingswerken, zoals burchten, muren, grachten, enzovoort, bedoeld om vijanden buiten een bepaald gebied te houden.
limes: Latijns woord voor de grens van het Romeinse Rijk met een sterke verdedigingslinie.
bestuur: Besturen: het direct zeggen wat er gedaan moet worden, maar daarvoor gebruikmak van inheemse vorsten.
handel: Uitwisseling van goederen door te ruilen of door met geld te betalen.
koopman: Iemand die zich bezighoudt met handel. Hetzelfde als een handelaar.
wegennet: Een stelsel van goed op elkaar aansluitende wegen waardoor een geheel land of gebied bereikbaar is.
bron: Een bron waarvan je weet dat de waarheid spreekt en niet vervalst is.
geld: Middel om mee te betalen.
inscriptie: Tekst aangebracht op een hard materiaal, zoals steen of metaal.
kolonie: Gebied buiten het eigen land waar mensen heen gaan om er te wonen of om er de plaatselijke bevolking te overheersen, het gebied te besturen, er grondstoffen te vinden en handel te drijven.
forum: Centraal plein in een Romeinse stad. Omdat op een forum ook vaak meningen werden uitgewisseld, betekende het woord later ook: plaats van discussie.
ambachtsman: Iemand die met handwerk een product maakt in een klein eigen bedrijf.
thermen: Romeins openbaar badhuis met koude, lauwe en warme baden en sauna's.
aquaduct: Romeinse waterleiding waarmee water naar steden werd aangevoerd, soms over lange bruggen.
amfitheater: Romeins stadion waarin (bijvoorbeeld) gladiatorengevechten werden gehouden.
circus: Romeinse langwerpige renbaan. Het woord is afgeleid van 'rondgaan' (in een cirkel gaan) omdat de wagens steeds rondjes reden.
wagenrennen: Wedstrijden waarbij door twee of meer paarden getrokken wagens om het hardst proberen te rijden.
theater: Bouwwerk bedoeld voor toneelvoorstellingen of muziekuitvoeringen.
techniek: Kennis om iets ingewikkelds in elkaar te zetten. Ook: toepassing van zulke kennis om apparaten te bedenken en te bouwen.
organiseren: Iets zo regelen dat mensen goed samenwerken met een goed resultaat.
landbouw: Gebruik van grond om aan voedsel te komen: door akkers aan te leggen of door vee te houden.
middel van bestaan: Dagelijkse waar je van leeft, waar je je brood mee verdient.
grootgrondbezitter: Bezit van veel grond, zó veel dat het (veel) meer is dan de grond van één boerderij.
dienstplicht: Verplicht dienen als soldaat om te vechten voor je land.
landgoed: Een groot stuk grond in handen van een bezitter: grootgrondbezitter of domein.
slaaf: Mens die beschouwd wordt als het eigendom van een ander mens en dus ook verkocht kan worden.
slavernij: Het bestaan en houden van slaven.
proletariër: Iemand die niets bezit. Een verarmde boer zonder grond, of een loonarbeider.
voedseluitdeling: Voedsel geven aan armen die het zelf niet kunnen kopen.
beschermeling: Iemand die afhankelijk is van de hulp van een rijke of aanzienlijke medeburger.
gladiator: Romeinse slaaf die als zwaardvechter was opgeleid om het publiek te vermaken.
wreed: Opzettelijk anderen pijn doen zonder goede reden. Bloedig, hardhandig, barbaars.
macht: Vermogen om anderen te laten doen wat jij wilt.
oproer: Verzet tegen de leiders van de samenleving, niet gehoorzamen aan het bestuur.
brood en spelen: Het geven van voedsel en vermaak aan het volk om hen rustig te houden.
liefdadigheid: Hulp geven aan mensen die het nodig hebben, zonder er iets voor terug te verwachten.
barbaar: Woorden waarmee de Romeinen niet-Romeinen aanduidden. Zij vonden barbaren 'wild' en 'onbeschaafd'. Later is het woord ook gebruikt voor mensen die zich lomp en onredelijk gedragen: barbaars gedrag.
cultuur: Alles wat te maken heeft met mensen, hun gewoonten, gebruiken, geloof, kunst, enzovoort.
bondgenoot: Een persoon, volk of land die/dat een andere persoon, volk of land helpt in een strijd.