Tekstverbanden

0keer geoefend
Woorden in deze lijst (12)
Origineel
- Chronologisch verband
- Geeft de gebeurtenissen in de juiste tijdsvorm aan. Inmiddels, intussen, nu.
- Concluderend verband
- De auteur trekt een conclusie uit eerdere informatie in de tekst. Al met al, dat, houd in.
- opsommend verband
- Bepaalde zaken worden achter elkaar op geschreven. Daarnaast, niet alleen...(maar) ook, ook (nog) verder.
- samenvattend verband
- De auteur geeft een verkorte weergave van eerdere informatie in de tekst. Kortom, met andere woorden, samengevat.
- tegenstellend verband
- Laat tegenovergestelde zaken zien. Echter, (daar staat) tegenover, ofschoon.
- toelichtend verband
- Er wordt extra informatie gegeven bij een onderwerp, vaak in de vorm van een voorbeeld. Als, denk (maar) aan, zo.
- doel-middelverband
- Geeft aan welk middel wordt gebruikt om een bepaald doel te bereiken. Zodat, met behulp van, door middl van.
- oorzakelijk verband
- Laat zien waardoor iets gebeurt. (waar je niet altijd invloed op hebt) Het gevolg is, dankzij, komt door.
- redengevend verband
- Geeft aan waarom iemand iets doet of vind. Immers, daarom, namelijk.
- toegevend verband
- Geeft een andere kant van een zaak aan. Niettemin, weliswaar, desondanks.
- vergelijkend verband
- Laat een overeenkomst of een verschil zien. Zoals, evenals, in vergelijking met.
- voorwaardelijk verband
- Maakt duidelijk onder welke voorwaarden iets gebeurt. In het geval(dat), indien, mits.