Na klar! 3 HAVO B - Frankfurt am main - Lektion 6 Schreib mal - Redemittel

Na klar! 3 HAVO B - Frankfurt am main - Lektion 6 Schreib mal - Redemittel

Woorden in deze lijst (21)

Mijn voorbeeld is een acteur/sporter/schrijver/model/vlogger.
Mein Vorbild ist ein Schauspieler/Sportler/Schriftsteller/Model/YouTuber (Vlogger).
Deze filmster is op 10 november geboren en komt uit een rijk/arm gezin.
Dieser Filmstar ist am 10. November geboren und kommt aus einer reichen/armen Familie.
Hij is in Braunschweig opgegroeid.
Er ist in Braunschweig aufgewachsen.
Toen hij elf jaar oud was, begon zijn succes.
Als er elf Jahre alt war, begann sein Erfolg.
Zij is een bekende wetenschapster en zij is naar de VS verhuisd.
Sie ist eine bekannte Wissenschaftlerin und sie ist in die USA gezogen.
Zij is zangeres en muziekus bekend geworden.
Sie ist Sängerin und Musikerin bekannt geworden.
Deze presentator is heel succesvol en verdient veel geld.
Dieser Moderator ist sehr erfolgreich und verdient viel Geld.
Hij heeft veel uithoudingsvermogen en kan goed met mensen omgaan.
Er hat viel Ausdauer und kann gut mit Menschen umgehen.
Hij is vaak op televisie en in de bioscoop te zien.
Er ist oft im Fernsehen und im Kino zu sehen.
Hij heeft al veel prijzen ontvangen en heeft snel carrière gemaakt.
Er hat schon viele Preise bekommen und hat eine steile Karriere gemacht.
Zij speelt in veel films en werkt ook als model.
Sie spielt in vielen Filmen mit und arbeitet auch als Model.
Veel meisjes zijn verliefd op hem.
Viele Mädchen sind verliebt in ihn.
Ik ben niet groot, maar ook niet klein.
Ich bin nicht groß, aber auch nicht klein.
Ik heb donkerbruin haar en lichtblauwe/groene ogen.
Ich habe dunkelbraune Haare und hellblaue/grüne Augen.
Ik heb zwart, krullend haar.
Ich habe schwarzes, lockiges Haar.
Mijn haar is blond, middelmatig en glad.
Meine Haare sind blond, mittellang und glatt.
Hij heeft een brede/smalle/grote/kleine neus.
Er hat eine breite/schmale/große/kleine Nase.
Zij draagt haar haar vaak in een paardenstaart.
Sie trägt oft ein Pferdeschwanz.
Hij is gespierd/niet zeer slank/dun.
Er ist muskulös/nicht sehr schlank/dünn.
Hij heeft een rond/smal gezicht.
Er hat ein rundes/schmales Gesicht.
Zij draagt een bril en het is zomerprotesten.
Sie trägt eine Brille und hat Sommerprotesten.
Hoi Gast!