Na klar! - 3 HAVO - Wohlbefinden - Les 3 Gefühle - Redemittel

Woorden in deze lijst (17)

Origineel

Mijn vader vindt dat helemaal niet grappig.: Mein Vater findet das überhaupt nicht witzig.
Ik verheug me op jouw e-mail.: Ich freue mich auf deine E-Mail.
Hij kan Alma niet uitstaan.: Er kann Alma nicht leiden.
Ze kunnen het goed met elkaar vinden.: Sie verstehen sich gut.
Je bent toch niet gekwetst?: Du bist doch nicht verletzt?
Waarom ben je zo geïrriteerd?: Weshalb bist du so genervt?
Onze nieuwe buren zijn aardig.: Unsere neuen Nachbarn sind nett.
Hij maakt ons allemaal gek.: Er macht uns alle verrückt.
Had je ruzie met je moeder?: Hattest du Streit mit deiner Mutter?
Dat maakt me niet uit.: Das ist mir egal.
Dat was een leuke avond.: Das war ein lustiger Abend.
Jochem is altijd zo serieus.: Jochem ist immer so ernst.
Ze is de laatste tijd vaak verdrietig.: Sie ist in letzter Zeit oft traurig.
Mijn ouders waren boos omdat ik laat thuis kwam.: Meine Eltern waren böse, weil ich spät nach Hause kam.
Ze waren blij met de overwinning.: Sie haben sich über den Sieg gefreut.
Hij was trots toen hij zijn diploma kreeg.: Er war stolz, als er sein Diplom bekam.
Ze hebben het weer goed gemaakt.: Sie haben sich wieder versöhnt.