ZugSpitze - 5/6 VWO - Hören - E-Frau-zipation - Vokabelliste
Woorden in deze lijst (58)
Origineel
- ja
 - immers
 - während
 - terwijl
 - bisher/
bislang  - tot nu toe
 - tatsächlich
 - inderdaad
 - die Tatsache
 - het feit
 - fordern
 - eisen
 - erfordern
 - vereisen
 - erforderlich
 - vereist
 - die Anforderung
 - de eis
 - überfordert
 - overvraagd/
overbelast  - der Ausstieg
 - het uitstappen/
het stoppen met iets  - der Aussteiger
 - iemand die uit de maatschappij stapt/
de drop-out  - ausstatten
 - uitrusten met/
voorzien van  - aussetzen
 - blootstellen aan
 - ermöglichen
 - mogelijk maken
 - nebenbei
 - terloops
 - bequem
 - gemakzuchtig/
comfortabel  - offensichtlich
 - blijkbaar/
heel duidelijk  - die Grundlage
 - de basis
 - beliebig
 - willekeurig
 - anerkennen
 - waarderen
 - der Austausch
 - de uitwisseling
 - austauschen
 - uitwisselen
 - sich austauschen
 - van gedachten wisselen
 - tauschen
 - ruilen
 - bedürfen
 - behoefte hebben/
nodig hebben  - das Bedürfnis
 - de behoefte
 - (be)dürftig
 - behoeftig/
arm/ armoedig  - der Bedarf
 - de behoefte
 - ersetzen
 - vervangen
 - der Ersatz
 - de vervanging/
de reserve  - der Schadensersatz
 - de schadevergoeding
 - die Rente
 - het pensioen
 - der Rentner/
die Rentnerin  - de pensionado
 - lediglich
 - alleen maar/
enkel en alleen  - künftig
 - toekomstig/
in de toekomst  - die Öffentlichkeit
 - de openbaarheid/
de publieke opinie  - öffentlich
 - openlijk/
in het openbaar  - veröffentlichen
 - publiceren
 - erlauben
 - toestaan/
veroorloven  - verfügen über
 - beschikken over
 - zur Verfügung stellen
 - ter beschikking stellen
 - im Rahmen
 - in het kader van
 - das Verständnis
 - het begrip
 - zögern
 - aarzelen
 - sich verzögern
 - vertragen
 - geschickt
 - handig
 - das Geschick
 - de handigheid
 - bloß
 - alleen maar
 - das Übel
 - het kwaad
 - übel nehmen
 - kwalijk nemen
 - sich durchsetzen
 - succes hebben/
zich laten gelden  - schonen
 - ontzien/
sparen  - verschont bleiben
 - gespaard blijven
 - die Tätigkeit
 - de bezigheid/
de activiteit/ het werk  - die Tücke
 - de geniepige streek/
de verraderlijke kant  - vereinzelt
 - heel zelden/
sporadisch  - verzerren
 - een verkeerd beeld geven/
vervormen