De Geo - vwo - Zuid-Amerika CE24/25 - Hoofdstuk 4
Woorden in deze lijst (27)
Origineel
- aardbeving
- Trilling van de aarde als gevolg van het plotseling verschuiven van stukken van de aardkorst of van de eronder liggende mantel.
- aardverschuiving
- Voorbeeld van een massabeweging waarbij grote hoeveelheden grond plotseling in beweging komen en van een helling af glijden.
- agribusiness
- Agrarische bedrijven die zich op de gehele productiekolom van agrarische producten toeleggen (behalve de teelt ook transport, opslag, verkoop, handel en toelevering).
- biodiversiteit
- Het totaal van verschillende soorten levende planten, dieren en micro-organismen in een gebied.
- commercieel
- Gericht op het maken van winst.
- draagkracht
- Het vermogen van de natuur om de gevolgen van menselijk ingrijpen op te vangen, zonder dat het natuurlijk evenwicht wordt verstoord.
- duurzaamheid
- Niet meer natuurlijke hulpbronnen gebruiken dan dat er bij komen, zodat mensen ze ook in de toekomst nog kunnen gebruiken.
- hazard management
- Het omgaan met de risico’s van een natuurramp.
- hydro-elektriciteit
- Het opwekken van elektriciteit met vallend water.
- informele stad
- Een wijk waar de bewoners zelf illegaal woningen hebben gebouwd. Heet ook favela of krottenwijk.
- lahar
- Modderstroom die veroorzaakt is door een smeltende sneeuw- of ijskap op een vulkaan door een vulkaanuitbarsting.
- landdegradatie
- De achteruitgang van de kwaliteit van de bodem en het landschap door verdroging, bodemerosie, bodemuitputting en verzilting.
- megastad
- Stad met meer dan 10 miljoen inwoners.
- middelgrote stad
- Stad met een compleet voorzieningenaanbod en bedrijvigheid die voorziet in de behoeften van de eigen inwoners, en ook in die van de inwoners van omliggende kleinere agglomeraties.
- mijnbouw
- Economische activiteit die gericht is op het onttrekken van delfstoffen aan de aardkorst om die te verwerken.
- modderstroom
- Zich snel verplaatsende massa sediment en puin die verzadigd is met water.
- netwerksamenleving
- Samenleving die uitgaat van een centrale rol van netwerken in het economische verkeer en de communicatie. Door de verregaande globalisering is er steeds minder afhankelijkheid van plaats en tijd.
- ontbossing
- De verwijdering van de (natuurlijke) bosbegroeiing in een gebied.
- ontginning
- De verandering van het natuurlandschap om het geschikt te maken voor menselijk gebruik.
- risicoperceptie
- De manier waarop iemand de werkelijkheid waarneemt en zich daaruit een beeld vormt van het risico dat hij loopt.
- ruraal gebied
- Plattelandsgebied.
- stormvloed
- Door storm veroorzaakte hoogwater.
- tsunami
- Hoge golf bij de kust die ontstaat door een aardbeving in de oceanische lithosfeer.
- urban sprawl
- De enorme verspreiding van voorsteden over het omringende platteland.
- vulkanisme
- Processen aan het aardoppervlak die het gevolg zijn van het omhoog komen van heet materiaal uit het binnenste van de aarde.
- waterbalans
- De balans tussen de opname en de afgifte van water in een gebied.
- zelfvoorzienend
- Vorm van landbouw waarbij men hoofdzakelijk voedsel verbouwt voor de eigen familie en niet voor de verkoop.