Na klar! 3 HAVO B - Dresden/Leipzig - Lektion 6 Schreib mal - Redemittel

Na klar! 3 HAVO B - Dresden/Leipzig - Lektion 6 Schreib mal - Redemittel

Woorden in deze lijst (17)

Wij wonen in een eengezinswoning/op een boerderij/in een twee-onder-een-kap-huis.
Wir wohnen in einem Einfamilienhaus/auf einem Bauernhof / in einem Zweifamilienhaus/in einer Doppelhaushälfte.
Wij hebben een kleine/grote tuin.
Wir haben einen kleinen/großen Garten.
Ik beschrijf je mijn kamer.
Ich beschreibe dir mein Zimmer.
Mijn kamer is tamelijk licht/donker/modern en knus/ongezellig.
Mein Zimmer ist ziemlich hell/dunkel/modern und gemütlich/ungemütlich.
De vloer is van hout.
Der Fußboden ist aus Holz.
Mijn bureau staat voor het raam/in de hoek. Het is tamelijk breed/smal.
Mein Schreibtisch steht vor dem Fenster/in der Ecke. Er ist ziemlich breit/schmal.
Voor de plant staat een krukje van leer/kunststof.
Vor der Pflanze steht ein Hocker aus Leder/Kunststoff.
De commode is hoog/laag. Boven de commode hangt een spiegel/poster/schilderij.
Die Kommode ist hoch/niedrig. Über der Kommode hängt ein Spiegel/Poster/Bild.
Tegen de rechtermuur staat een boekenkast.
An der rechten Wand steht ein Bücherregal.
Naast mijn klerenkast hangt een ronde/rechthoekige spiegel.
Neben meinem Schrank hängt ein runder/rechteckiger Spiegel.
Op het vloerkleed staan mijn bank en twee stoelen.
Auf dem Teppich stehen mein Sofa und zwei Sessel.
In het midden staat een ronde tafel van glas.
In der Mitte steht ein runder Tisch aus Glas.
Een muur is grijs/blauw/groen en de andere drie muren zijn roze/wit/zwart geschilderd.
Eine Wand ist grau/blau/grün und die anderen drei Wände sind rosa/weiß/schwarz angestrichen.
Op de vloer liggen tegels/ligt een tapijt/ligt laminaat.
Auf dem Fußboden liegen Fliesen/liegt ein Teppich/liegt ein Laminatboden.
Mijn commode is van metaal/hout en mijn vloerkleed is blauw/wit geruit/gestreept.
Meine Kommode ist aus Metall/Holz und mein Teppich ist blau/weiß kariert/gestreift.
Naast de balkondeur staan mijn televisie en mijn spelcomputer.
Neben der Balkontür stehen mein Fernseher und meine Spielkonsole.
In de hoek staat een plant. En ik heb rode gordijnen/rolgordijnen.
In der Ecke steht eine Pflanze. Und ich habe rote Vorhänge/Rollos.
Hoi Gast!