Na klar! - 5 VWO - Kapitel 2 Unter Dach und Fach - Schreib mal! - Redemittel
Woorden in deze lijst (36)
Origineel
- Ik wil graag een klacht bij u indienen.
- Ich möchte mich bei Ihnen beschweren.
- Voor ons raam is er overdag veel lawaai.
- Vor unserem Fenster gibt es tagsüber viel Lärm.
- Maak het bedrag alstublieft op mijn rekening over.
- Bitte überweisen Sie den Betrag auf mein Konto.
- We konden niet met openbaar vervoer reizen.
- Wir konnten nicht mit öffentlichen Verkehrsmitteln fahren.
- Van rust kan helemaal geen spraken zijn.
- Von Ruhe kann gar keine Rede sein.
- De keuzemogelijkheden aan het buffet waren zeer teleurstellend.
- Die Auswahl am Büffet war sehr enttäuschend.
- Er was geen föhn op de kamer.
- Es gab keinen Föhn im Zimmer.
- Mijn buren werken me op de zenuwen.
- Meine Nachbarn gehen mir auf die Nerven.
- Ik erger me aan mijn buurvrouw.
- Ich ärgere mich über meine Nachbarin.
- Ze roddelt over mensen.
- Sie verbreitet Gerüchte über Leute.
- De buren praten over ons.
- Die Nachbarn reden über uns.
- Ze leiden een saai leven.
- Sie führen ein eintöniges Leben.
- Ik hou geen rekening met mijn buren.
- Ich nehme keine Rücksicht auf meine Nachbarn.
- Ik mag de mensen niet, die bij ons in de buurt wonen.
- Ich mag die Leute nicht, die bei uns in der Nähe wohnen.
- In mijn buurt voel ik me niet op mijn gemak.
- In meiner Nachbarschaft fühle ich mich nicht wohl.
- Ik ben altijd beleefd en groet vriendelijk.
- Ich bin immer höflich und grüße freundlich.
- Hun gedrag is echt irritant en oneerlijk!
- Ihr Verhalten ist echt nervig und ungerecht!
- Ik wil met hen niets te maken hebben.
- Ich möchte mit ihnen nichts zu tun haben.
- We wonen in een flat.
- Wir wohnen in einem Hochhaus.
- De kamer is gemeubileerd.
- Das Zimmer ist möbliert.
- Je kunt een kamer in een woongroep huren.
- Du kannst ein Zimmer in einer Wohngemeinschaft mieten.
- Het appartement bevindt zich op de vierde verdieping.
- Die Wohnung befindet sich im vierten Stock.
- Het appartement ligt aan de rand van de stad.
- Die Wohnung liegt am Stadtrand.
- Er is een afwasmachine, een oven en een wasmachine.
- Es gibt einen Geschirrspüler, einen Herd und eine Waschmaschine.
- Het station is tien minuten lopen hiervandaan.
- Der Bahnhof ist zu Fuß zehn Minuten von hier entfernt.
- Het huis heeft een mooi uitzicht op een park.
- Das Haus hat eine schöne Aussicht auf einen Park.
- De kamer ligt gunstig.
- Das Zimmer ist günstig gelegen.
- De winkels zijn ook goed bereikbaar.
- Die Geschäfte sind ebenfalls gut zu erreichen.
- De verwarming en de elektriciteit zijn bij de huur inbegrepen.
- Die Heizung und die Elektrizität sind in der Miete enthalten.
- In mijn woongroep is nog een kamer vrij.
- In meiner WG ist noch ein Zimmer frei.
- Het huurcontract moet je nog tekenen.
- Den Mietvertrag musst du noch unterschreiben.
- ’s Avonds is er in de stad altijd veel te doen.
- Am Abend ist in der Stadt immer viel los.
- De kamer is gezellig ingericht.
- Das Zimmer ist gemütlich eingerichtet.
- Huisdieren zijn niet toegestaan.
- Haustiere sind nicht erlaubt.
- Er is in de buurt een winkelstraat met voetgangerszone.
- Es gibt in der Nähe eine Einkaufsstraße mit Fußgängerzone.
- De medebewoners zijn ongeveer twintig jaar oud.
- Die Mitbewohner sind etwa zwanzig Jahre alt.