APPRENDRE 1 en 2
15
Woorden in deze lijst (45)
Origineel
- le décalage horaire
- het tijdsverschil
- le sentier
- het pad
- la chaleur
- de hitte
- la valise
- de koffer
- la distance
- de afstand
- l'accent (m)
- het accent
- la carte
- de kaart
- le dauphin
- de dolfijn
- la baleine
- de walvis
- le nord
- het noorden
- le sud
- het zuiden
- l'ouest (m)
- het westen
- l'est (m)
- het oosten
- la plage
- het strand
- le paysage
- het landschap
- la mer
- de zee
- le soleil
- de zon
- la montagne
- de bergen/
het gebergte - la forêt
- het bos
- voyager
- reizen
- l'île (f)
- het eiland
- le climat
- het klimaat
- la saison
- het seizoen
- pauvre
- arm
- riche
- rijk
- le lecteur
- de lezer
- raconter
- vertellen
- le plus beau/
la plus belle - de mooiste/
het mooiste - la fois
- de keer
- avoir de la chance
- geluk hebben
- dès que
- zodra
- la promenade
- de wandeling
- le coucher du soleil
- de zonsondergang
- merveilleux/
merveilleuse - geweldig
- la pluie
- de regen
- faire de la plongée sous-marine
- diepzeeduiken
- le volcan
- de vulkaan
- se revoir
- elkaar terugzien
- conduire
- rijden/
sturen - obligatoire
- verplicht
- la partie
- het (onder)deel
- la condition
- de voorwaarde
- l'inscription (f)
- de inschrijving
- passer un examen
- een examen doen
- à partir de
- vanaf