ZugSpitze - 4 HAVO - Fertigkeiten - Gespräche führen - Vokabelliste 1
Woorden in deze lijst (40)
Origineel
- dus ook
- also auch
- eruitzien
- aussehen - sieht aus - hat ausgesehen
- enthousiasmeren
- begeistern
- Ik vind het stom, dat ...
- Ich finde es blöd, dass ...
- Vind je het leuk?
- Gefällt es dir?
- bevallen
- gefallen - gefällt - hat (mir) gefallen
- in mijn vrije tijd
- in meiner Freizeit
- Ik speel gitaar.
- Ich spiele Gitarre.
- uitdagend
- herausfordernd
- de hobby
- das Hobby/die Hobbys
- zich vergissen
- sich irren
- Ik heb me vergist.
- Ich habe mich geirrt.
- vreemd
- komisch
- saai
- langweilig
- een slecht humeur hebben
- schlechte Laune haben
- de passie
- die Leidenschaft
- Ik lees graag.
- Ich lese gern.
- mijn lievelingsvak is
- mein Lieblingsfach ist
- het make-up
- das Make-up
- Ik vind dat ...
- Ich meine/finde, dass ...
- Ik ben van mening dat ...
- Ich bin der Meinung, dass ...
- een boel
- eine Menge
- nadat
- nachdem
- de bijbaan
- der Nebenjob
- nooit
- nie
- in het openbaar
- in der Öffentlichkeit
- plotseling
- plötzlich
- het publiek
- das Publikum
- de havo
- die Realschule
- gelijk hebben
- recht haben
- tegen haar zeggen
- zu ihr sagen
- Dat is jammer.
- Das ist schade.
- opmaken
- schminken
- naar school gaan
- zur Schule gehen
- sporten
- Sport treiben/machen
- met hem spreken
- mit ihm sprechen – spricht – gesprochen
- gek
- verrückt
- de familieleden
- die Verwandten
- kiezen
- wählen
- mijn woonplaats
- mein Wohnort
