Na klar! - 4 HAVO - Kapitel 5 Erholung - Sprich mal! - Redemittel

Woorden in deze lijst (33)

Origineel

In dit boek gaat het over een jongen.: In diesem Buch geht es um einen Jungen.
Het boek gaat over een gezin in Berlijn.: Das Buch handelt von einer Familie in Berlin.
Ik vind deze roman grappig en spannend.: Ich finde diesen Roman lustig und spannend.
Het einde is mij niet goed bevallen.: Das Ende hat mir nicht gefallen.
Ik kan me met de hoofdrolspeler goed identificeren.: Ich kann mich mit dem Hauptdarsteller gut identifizieren.
Ik heb deze detective al in de bioscoop gezien.: Ich habe diesen Krimi schon im Kino gesehen.
Ik heb een tekenfilm op dvd gekeken.: Ich habe mir einen Zeichentrickfilm auf DVD angesehen.
De filmmuziek is met het beste bevallen.: Die Filmmusik hat mir am besten gefallen.
Ik raad je deze thriller aan, omdat hij zeer spannend is.: Ich empfehle dir diesen Thriller, weil er sehr spannend ist.
De acteurs hebben allemaal goed gespeeld.: Die Schauspieler haben alle gut gespielt.
De film is gebaseerd op een waar gebeurd verhaal.: Der Film beruht auf einer wahren Geschichte.
Van liefdesfilms met een open einde houd ze niet.: Liebesfilme mit einem offenen Ende mag sie nicht.
Historische films vind ik saai.: Historische Filme finde ich langweilig.
Wat vind je ervan, als we een actiefilm zouden bekijken?: Was hältst du davon, wenn wir uns einen Actionfilm ansehen würden?
Dat zou een goed voorstel zijn.: Das wäre ein guter Vorschlag.
Waarom is je deze actiefilm goed bevallen?: Warum hat dir dieser Action-Film gut gefallen?
Ik vind castingshows vreselijk.: Ich finde Castingshows schrecklich.
Zou ik de entreekaarten kunnen ruilen?: Könnte ich die Eintrittskarten umtauschen?
Zijn er staan- of zitplaatsen?: Gibt es Steh- oder Sitzplätze?
Ik zou graag plaatsen in de tweede rij in het midden willen hebben.: Ich möchte gern Plätze in der zweiten Reihe in der Mitte haben.
Het concert is uitverkocht.: Das Konzert ist ausverkauft.
Heb je zin om morgen naar de bioscoop te gaan?: Hast du Lust morgen ins Kino zu gehen?
Wat draait er in de bioscoop op het moment?: Was läuft im Kino im Moment?
Hoe laat begint de film vanmiddag?: Wie spät beginnt der Film heute Nachmittag?
Hoe lang duurt de film vanavond?: Wie lange dauert der Film heute Abend?
Welke film zou je graag willen zien?: Welchen Film möchtest du gerne sehen?
Ik zou graag een Amerikaanse comedy willen zien.: Ich möchte mir gerne eine amerikanische Komödie ansehen.
Ik zou nooit naar een horrorfilm kijken.: Ich würde mir nie einen Horrorfilm schauen.
Deze acteur is alleen maar in Duitsland zeer beroemd.: Dieser Schauspieler ist nur in Deutschland sehr berühmt.
Ik heb deze film op tv gezien.: Ich habe diesen Film im Fernsehen gesehen.
De kassa is ’s ochtends gesloten.: Die Kasse ist vormittags geschlossen.
Deze uitzending is de moeite waard.: Diese Sendung ist sehr sehenswert.
’s Middags kijk ik soms films.: Nachmittags schaue ich manchmal Filme.