Nectar - 4 vmbo-gt - Hoofdstuk 10 - Voortplanting - Deel 2
Woorden in deze lijst (60)
Origineel
- ovulatie
- eisprong; het vrijkomen van een eicel uit de follikel in de eierstok. De eicel komt dan in de eileider terecht
- pedofilie
- een volwassene heeft seksuele gevoelens voor kinderen
- persweeën
- krachtige weeën waarbij de spieren in de baarmoederwand de baby door de vagina naar buiten duwen
- pessarium
- kunststofhoesje dat op de baarmoedermond geplaatst wordt
- pil
- voorbehoedmiddel dat hormonen bevat; voorkomt een ovulatie
- placenta
- orgaan waarmee embryo/foetus en moeder met elkaar verbonden zijn; via de placenta krijgt het embryo alle stoffen die het nodig heeft en raakt het de afvalstoffen kwijt
- prenataal onderzoek
- onderzoek aan een ongeboren kind
- primaire geslachtskenmerken
- kenmerken die vanaf de geboorte aanwezig zijn: bij de jongens de balzak en de penis, bij de meisjes de schaamlippen
- prostaat
- een voortplantingsklier die zaadvocht maakt; dat is een onderdeel van sperma
- secundaire geslachtskenmerken
- verschillen tussen jongens en meisjes die ontstaan tijdens de puberteit, bijvoorbeeld borsten, baardgroei en schaamhaar
- seksueel grensoverschrijdend gedrag
- seksueel getinte opmerkingen, gebaren of seksuele handelingen die een ander niet wil
- selecteren
- de kweker neemt de meest geschikte planten
- soa
- seksueel overdraagbare aandoening; besmettelijke ziekten die worden doorgegeven tijdens seksueel contact
- sperma
- het mengsel van zaadcellen, vocht uit de zaadblaasjes en vocht uit de prostaat
- spiraaltje
- voorbehoedmiddel dat in de baarmoeder wordt aangebracht; voorkomt innesteling
- stekken
- je snijdt een stukje van de plant af en zet dit deel in wat water waardoor er weer een plant uitgroeit
- stempel
- bovenste, kleverige deel van de stamper; hier komen bij bestuiving de stuifmeelkorrels terecht
- sterilisatie
- (operatief) doorknippen, afbinden en dichtbranden van de eileiders bij vrouwen en van de zaadleiders bij mannen
- stijl
- smalle deel van de stamper
- stuifmeelbuis
- hierdoor groeit een kern van de stuifmeelkorrel van de stempel tot in het zaadbeginsel
- stuifmeelkorrels
- mannelijke voortplantingscellen; worden in de helmknoppen van meeldraden gemaakt
- teelballen
- zie zaadballen
- testosteron
- mannelijk geslachtshormoon; regelt de secundaire geslachtskenmerken
- twee-eiige tweeling
- ontstaat uit twee bevruchte eicellen; de baby's hoeven niet van hetzelfde geslacht te zijn
- tweejarige planten
- ontkiemen en groeien in het eerste jaar; de bloei, zaadvorming en het afsterven vinden plaats in het tweede jaar
- uitdrijving
- geboorte; door persweeën wordt de baby door de vagina naar buiten geperst
- uitlopers
- lange bovengrondse stengels; op plaatsen waar worteltjes ontstaan, groeien nieuwe planten
- vagina
- geboortekanaal en plaats waar sperma het lichaam van de vrouw binnenkomt
- veredelen
- het ontwikkelen van nieuwe plantenrassen
- vermeerderen
- ongeslachtelijke voortplanting van de gewenste planten
- vlokkentest
- onderzoek van een ongeboren kind waarbij cellen uit de placenta met een naald worden opgezogen. Cellen van het embryo worden onderzocht op erfelijke aandoeningen
- voorbehoedmiddel
- middel of methode om zwangerschap te voorkomen, bijvoorbeeld de pil en het (vrouwen) condoom
- voortplanting
- het ontstaan van nieuwe organismen, zie bij geslachtelijke voortplanting en ongeslachtelijke voortplanting
- voortplantingscellen
- cellen voor de voortplanting; eicellen bij de vrouw en zaadcellen bij de man, ook eicellen en stuifmeelkorrels bij planten
- vrucht
- omhulsel van de zaden, dat na de bevruchting uit een vruchtbeginsel ontstaat
- vruchtbaar
- jongens maken zaadcellen en bij meisjes rijpt er elke maand een eicel; er kan bevruchting plaatsvinden
- vruchtbeginsel
- onderste deel van een stamper; groeit na de bevruchting uit tot vrucht
- vruchtvliezen
- vliezen om het embryo / de foetus heen
- vruchtwater
- vloeistof om het embryo/de foetus en binnen de vruchtvliezen; beschermt tegen stoten
- vruchtwaterpunctie
- onderzoek van een ongeboren kind waarbij cellen uit het vruchtwater met een naald worden opgezogen. Cellen van de embryo worden onderzocht op erfelijke aandoeningen
- weeën
- samentrekken van de spieren van de baarmoederwand tijdens de bevalling
- windbloemen
- bloemen waarbij wind voor bestuiving zorgt; de stampers en de meeldraden hangen uit de bloem
- wortelstokken
- lange ondergrondse stengels waarbij uit verdikkingen nieuwe planten ontstaan
- zaad
- een stevig omhulsel met een jong plantje (kiem) erin; ontstaat na bevruchting uit een zaadbeginsel
- zaadballen
- organen waarin zaadcellen en mannelijk geslachtshormoon gevormd worden onder invloed van hypofysehormoon
- zaadbeginsel
- orgaantjes in een vruchtbeginsel, waarin de eicellen zitten; na de bevruchting groeien de zaadbeginsels uit tot zaden
- zaadblaasjes
- voortplantingsklieren die zaadvocht maken; dat is een bestanddeel van sperma
- zaadcellen
- mannelijke voortplantingscellen, gemaakt in de zaadballen en opgeslagen in de bijballen
- zaadleiders
- buis vanaf de bijballen tot aan de urinebuis; hier gaan de zaadcellen tijdens een zaadlozing doorheen
- zaadlobben
- deel van een zaad, dat reservevoedsel bevat
- zaadlozing
- het door de penis naar buiten komen van het sperma
- zaadverspreiding
- verspreiding van zaden door de wind, door dieren of door de plant zelf
- zwanger
- na de innesteling van het bolletje cellen is een vrouw zwanger
- zwellichamen
- delen van de penis die door het opnemen van extra bloed zorgen dat de penis stijf wordt
- dooier
- de eigenlijke eicel, bevat het voedsel voor het groeiende embryo
- dooierzak
- gedeelte van het ei met reservevoedsel
- ei
- de eicel verpakt in gelei of in een schaal
- kalkschaal
- voorkomt dat het ei uitdroogt
- oestrogeen
- vrouwelijk geslachtshormoon; regelt het ontstaan van secundaire geslachtskenmerken en speelt een rol bij de menstruatiecyclus
- progesteron
- vrouwelijk geslachtshormoon, stimuleert verdere groei en doorbloeding van het baarmoederslijmvlies en zorgt ervoor dat de hypofyse geen signaaltje meer geeft om een eicel te laten rijpen