ZugSpitze - HAVO - Textarbeitsbuch 6 - Schritt 7 - Vokabeln
Woorden in deze lijst (40)
Origineel
- toen
- als
- het verblijf/het oponthoud
- der Aufenthalt, -e
- in acht nemen/zich houden aan
- beachten
- erbij zijn
- dabei sein
- aan de ene kant ... aan de andere kant
- einerseits ... andererseits
- het ijsje
- das Eis
- toestaan
- erlauben
- de toestemming
- die Erlaubnis
- de chauffeur
- der Fahrer, -
- genieten van
- genießen (+4)
- het onweer
- das Gewitter
- barbecueën
- grillen
- heet
- heiß
- de hut
- die Hütte, -n
- het eiland
- die Insel, -n
- ondertussen
- inzwischen
- echter
- jedoch
- koud
- kalt
- klimmen
- klettern
- de kok
- der Koch, “-e
- de kokkin
- die Köchin, -nen
- controleren
- kontrollieren
- koel
- kühl
- lopen
- laufen
- meedoen
- mitmachen
- de lunch
- das Mittagessen
- nadat
- nachdem
- hoewel
- obwohl
- fietsen
- Rad fahren
- de reisleider
- der Reiseleiter, -
- de reisleidster
- die Reiseleiterin, -nen
- paardrijden
- reiten
- de rugzak
- der Rucksack, -e
- zwemmen
- schwimmen
- zodra
- sobald
- zodat
- sodass
- zowel ... als ook
- sowohl ... als auch
- ruilen
- tauschen
- desondanks
- trotzdem
- terwijl
- während