- Spectroscopie
- Het bestuderen van het effect dat licht heeft op stoffen.
- Elektromagnetische straling
- Straling die zichtbaar of onzichtbaar kan zijn en zich voortplant als een golf.
- Golflengte
- De afstand tussen twee opeenvolgende pieken van een golf.
- Lichtsnelheid
- De snelheid waarmee licht zich voortplant, 3x10^8 meter per seconde.
- Absorptiespectrum
- Een spectrum dat laat zien welke golflengten door een stof worden geabsorbeerd.
- Emissiespectrum
- Een spectrum dat laat zien welke golflengten door een stof worden uitgezonden.
- Lambda (λ)
- Symbool voor golflengte in de natuurkunde.
- Constante van Planck (h)
- Een natuurkundige constante die de relatie tussen energie en frequentie van een golf beschrijft.
- Energie
- De capaciteit om arbeid te verrichten, afhankelijk van de frequentie van een golf.
- Spectrum
- Een grafiek die de verdeling van golflengten van straling weergeeft.
- Frequentie
- Het aantal golven dat een bepaald punt passeert in een bepaalde tijdseenheid.
- Infrarood (IR)
- Straling met een golflengte langer dan zichtbaar licht, niet zichtbaar voor het menselijk oog.
- Röntgenstraling (X-rays)
- Straling met een zeer korte golflengte, gebruikt voor medische beeldvorming.
- Neonlamp
- Een lamp die licht uitzendt door het opwekken van neon gas met elektriciteit.
- Aangeslagen toestand
- Een toestand waarin een elektron meer energie heeft dan in de grondtoestand.