- Discriminatie
- Ongelijke behandeling van individuen of groepen op basis van irrelevante kenmerken.
- In-groep
- De groep waartoe iemand behoort en waarmee men zich identificeert.
- Institutioneel racisme
- Racisme dat verweven is in regels en instituties, leidend tot structurele ongelijkheid.
- Out-groep
- De groep waartoe iemand niet behoort en die vaak als anders of negatief wordt gezien.
- Polarisatie
- Het proces waarbij groepen verder van elkaar verwijderd raken, vaak leidend tot spanningen.
- Racisme
- Discriminatie of negatieve behandeling van mensen op basis van huidskleur of afkomst.
- Sociale cohesie
- De onderlinge verbondenheid tussen mensen en groepen in de samenleving.
- Sociale ongelijkheid
- Ongelijke behandeling en kansen voor mensen in de samenleving.
- Stereotypering
- Een vaststaand beeld van een groep mensen met dezelfde kenmerken, vaak overdreven of uitvergroot.
- Vooroordeel
- Een vaak negatief gevoel of gedachte over mensen of groepen, gebaseerd op stereotypen.
- Wij-zij denken
- Het onderscheiden van groepen in een in-groep en een out-groep, vaak met een positief beeld van de in-groep en een negatief beeld van de out-groep.
- Xenofobie
- Angst of haat voor vreemden of mensen van andere groepen.