frans hoofdstuk 7

0keer geoefend
Woorden in deze lijst (88)
Origineel
- partager
- delen
- filmer
- filmen
- la vidéo
- het filmpje
- le forfait (mobile)
- het (mobiele) abonnement
- embêtant
- vervelend
- tomber
- vallen
- donc
- dus
- le problème
- het probleem
- réagir
- reageren
- fâché
- boos
- utiliser
- gebruiken
- l'appli(cation)
- de app
- voler
- stelen
- la déclaration
- de verklaring
- heureusement
- gelukkig
- la bêtise
- de stomiteit
- penser
- denken
- pas mal
- niet slecht
- rapporter
- terugbrengen
- ça marche
- afgesproken/deal
- fin
- dun/fijn
- l'accès
- de toegang
- dépasser
- overschrijden
- la limite
- de grens/limiet
- tu sais (savoir)
- jij weet (weten)
- j'ai perdu (perdre)
- ik ben kwijt/heb verloren (kwijt zijn, verliezen)
- tu plaisantes
- jij maakt een grapje
- c'est la galère!
- wat een gedoe!
- le réseau
- het netwerk
- le mot de passe
- het wachtwoord
- le chargeur
- de oplader
- souris! (sourire)
- glimlach! (glimlachen)
- gagner
- winnen
- lent
- langzaam
- la carte postale
- de ansichtkaart
- ne ... jamais
- nooit
- vivre
- leven
- pendant
- tijdens
- plein
- vol
- jeter
- (weg)gooien
- parce que
- omdat
- garder
- bewaren/houden
- le temps
- de tijd
- la mémoire
- het geheugen
- sans
- zonder
- j'envoie (envoyer)
- ik stuur (sturen)
- fantastique
- geweldig
- le souvenir
- de herinnering
- le timbre
- de postzegel
- le monde
- de wereld
- la lettre
- de brief
- l'ordinateur portable
- de laptop
- la tablette
- de tablet
- le portable
- de mobiel
- le téléphone
- de telefoon
- appeler
- bellen
- télécharger
- downloaden
- taper
- typen
- la souris
- de muis
- le clavier
- het toetsenbord
- les réseaux sociaux
- de sociale media
- l'écran
- het scherm
- le message
- de boodschap
- le texto
- het sms'je
- l'e-mail
- de e-mail
- les écouteurs
- de oortjes
- chargé/déchargé
- opgeladen/leeg
- la connection
- de verbinding
- le lien
- de link
- cliquer (sur)
- klikken (op)
- accro
- verslaafd
- le supermarché
- de supermarkt
- occupé
- bezet
- écolo
- milieubewust
- je comprends (comprendre)
- ik begrijp (het) (begrijpen)
- cassé
- kapot
- recharger
- opladen
- l'appareil
- het apparaat
- vendre
- verkopen
- la main
- de hand
- moins
- minder
- quoi?
- wat?
- brancher
- (op de stroom) aansluiten
- la poubelle
- de prullenbak
- mieux
- beter
- recycler
- hergebruiken
- sûr
- zeker
- expliquer
- uitleggen