CHAPITRE 1, E Regarder (HAVO/VWO)

CHAPITRE 1, E Regarder (HAVO/VWO)

amina
1

Woorden in deze lijst (27)

le sac à dos
de rugtas
la gare
het station
la dispute
de ruzie
important(e)
belangrijk
fatigué(e)
moe
je veux
ik wil
arrêter
stoppen
arriver
aankomen
dormir
slapen
voir
zien
néerlandais(e)
Nederlands
anglais(e)
Engels
allemand(e)
Duits
belge
Belgisch
espagnol(e)
Spaans
trop
te veel
d’abord
ten eerste
ce weekend
dit weekend
la semaine dernière
vorige week
louer une maison
een huis huren
Qu’est-ce que tu as fait cet été?
Wat heb je deze zomer gedaan?
J’ai fait du vélo.
Ik heb gefietst.
Vous avez fait du camping?
Hebben jullie gekampeerd?
Oui, on a fait du camping.
Ja, we hebben gekampeerd.
C’était comment?
Hoe was het?
C’était génial!
Het was geweldig!
Maintenant, j’ai beaucoup d’amis français.
Nu heb ik veel Franse vrienden.
Hoi Gast!