New Interface - 1 vmbo BK - Deel A - Phrases 3.2 - nummer 21- Writing - Lesson 2 - Unit 3 Fashion
Woorden in deze lijst (5)
Origineel
- What is he wearing today?
- Wat heeft hij aan vandaag?
- We are organising a fashion show.
- We organiseren een modeshow.
- Palma is wearing green jeans.
- Palma draagt een groene spijkerbroek.
- She prefers dresses.
- Ze heeft liever een jurk aan.
- They look cool and attractive.
- Ze zien er cool en aantrekkelijk uit.