Zinnen Duits

6keer geoefend
Woorden in deze lijst (10)
Origineel
- Ich habe Lust auf Erdbeeren.
- Ik heb zin in aardbeien.
- Ich habe vergessen, Pfirsiche zu kaufen.
- Ik ben vergeten perziken te kopen.
- Mein Lieblingsrezept ist Eintopf.
- Mijn lievelingsrecept ist stamppot.
- Ich mag kein Fleisch, aber liebe Fisch.
- Ik lust geen vlees, maar ik houd van vis.
- Ich backe gern selbst einen Kuchen / eine Torte.
- Ik bak graag zelf een cake/een taart.
- Am liebsten esse ich Pizza mit Spinat.
- Het liefst eet ik pizza met spinazie.
- Der Käse ist alle.
- De kaas is op.
- Der Kühlschrank ist leer, wir müssen einkaufen (gehen).
- De koelkast is leeg, we moeten boodschappen doen.
- Kannst du morgen Abendessen machen?
- Wil je morgen avondeten maken?
- Ich bin allergisch gegen Schokolade.
- Ik ben allergisch voor chocolade.