5.1 Klimaat
Woorden in deze lijst (13)
Origineel
- atmosferische circulatie
- algemeen systeem van luchtstromen op aarde en de daarbij behorende lage-/hogedrukgebieden
- hogedrukgebied
- een gebied met een hoge luchtdruk dat ontstaat doordat de lucht daalt
- Intertropische Convergentie Zone (ITCZ)
- stabiel lagedrukgebied rond de evenaar waar het warm is en door opstijgende lucht veel buien voorkomen
- klimaatclassificatie van Köppen
- indeling van klimaten op basis van de samenhang tussen klimaat en natuurlijke plantengroei
- klimaatfactoren
- oorzaken voor klimaatverschillen: breedteligging, gebergten, type oppervlak
- klimaatgebied (klimaatzone)
- groot gebied met sterke overeenkomsten in klimaat
- lagedrukgebied
- een gebied met een lage luchtdruk dat ontstaat doordat de lucht opstijgt
- moesson
- wind die van de subtropische hogedrukgebieden richting de evenaar waait, die vervolgens kruist en van richting verandert; op het noordelijk halfrond komt de moesson uit het zuidwesten, op het zuidelijk halfrond uit het noordwesten
- mondiale windsysteem
- algemeen systeem van luchtstromen op aarde en de daarbij behorende lage-/hogedrukgebieden (look: atmosferische circulatie)
- oceanische circulatie
- algemeen systeem van zee-/oceaanstromen op aarde
- passaat
- wind die van de subtropische hogedrukgebieden (30° N.B. en Z.B.) richting de evenaar waait; op het noordelijk halfrond komt deze uit het noordoosten, op het zuidelijk halfrond uit het zuidoosten
- wet van Buys Ballot
- het effect dat luchtstromen een zijdelingse afwijking krijgen door de draaiing van de aarde; op het noordelijk halfrond is deze afwijking naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links
- zeestroom
- dominante stroming op zee, vaak in de richting van de overheersende wind en daardoor aangedreven; een koude zeestroom is afkomstig uit een kouder gebied, een warme zeestroom uit een warmer gebied