Begrippen van Het werkwoord 'faire' (présent, passé composé, imparfait, futur proche, futur simple en conditionnel)

Begrippen van Het werkwoord 'faire' (présent, passé composé, imparfait, futur proche, futur simple en conditionnel)

Woorden in deze lijst (7)

Présent
Tegenwoordige tijd
Passé Composé
Voltooid tegenwoordige tijd
Imparfait
Onvoltooid verleden tijd
Futur Proche
Nabije toekomst
Futur Simple
Toekomende tijd
Conditionnel
Voorwaardelijke wijs
Faire
Doen of maken
Hoi Gast!