Libre service - 5 HAVO - Module parler - leçon 3
Woorden in deze lijst (32)
Origineel
- agréable
- aangenaam
- aucun/aucune
- geen enkel(e)
- bienvenue!
- welkom!
- descendre!
- uitstappen
- expliquer
- uitleggen
- fonctionner
- werken/functioneren
- il est nécessaire
- het is nodig
- initial
- begin-
- la ligne
- de lijn
- le carnet de dix tickets
- tien metrokaartjes
- le distributeur
- de automaat
- le guichet
- het loket
- le plan
- de plattegrond
- le séjour
- het verblijf
- l'étranger
- de buitenlander
- parisien
- Parijs (bijv. nw)
- poser une question
- een vraag stellen
- pour aller à ... ?
- hoe kom ik bij ...?
- se trouver
- zich bevinden
- vas-y
- ga je gang
- venir de (+infinitief)
- zojuist/net
- volontiers
- graag
- complet
- vol
- compris
- inbegrepen
- la chambre simple/la double
- de éénpersoons-/tweepersoonskamer
- la clé
- de sleutel
- la femme de chambre
- het kamermeisje
- la réception
- de receptie
- la salle de bains
- de badkamer
- l'ascenseur
- de lift
- le petit-déjeuner
- het ontbijt
- réserver une chambre
- een kamer reserveren