3.4 Aardbevingen
Woorden in deze lijst (12)
Origineel
- breuken
- barsten in het gesteente ontstaan door toenemende spanning
- breukgebergte
- gebergte dat ontstaat wanneer langs een breuk een deel van de aardkorst wegzakt of een ander deel omhoogkomt
- epicentrum
- punt op het aardoppervlak waar de meeste beweging door een aardbeving plaatsvindt
- horst
- een stuk aardkorst dat langs een breuk omhoog is gekomen
- intensiteit
- de sterkte van een aardbeving gemeten aan de hand van de hoeveelheid schade
- magnitude
- de sterkte van een aardbeving gemeten aan de hand van de hoeveelheid vrijgekomen energie
- massabeweging
- het langs een helling naar beneden bewegen van gesteente
- plooien
- gesteente dat door de druk in de aardkorst verbogen wordt
- schaal van Mercalli
- schaal waarbij de intensiteit van een aardbeving wordt gemeten aan de hand van de hoeveelheid schade die is aangericht
- schaal van Richter
- schaal waarbij de magnitude van een aardbeving wordt gemeten aan de hand van de hoeveelheid vrijgekomen energie
- slenk
- een stuk aardkorst dat langs een breuk naar beneden is gezakt
- tsunami
- golven die ontstaan door aardbevingen op de bodem van de oceaan