Libre service - 5 HAVO - Module écrire - leçon 2
Woorden in deze lijst (33)
Origineel
- annoncer
- aankondigen
- approcher
- naderen/dichterbij komen
- avoir lieu
- plaatsvinden
- car
- want
- célébrer/fêter
- vieren
- civil
- burgerlijk
- d'abord
- eerst
- de la part de
- namens
- en plus
- bovendien
- la nouvelle
- het nieuwtje
- la réponse
- het antwoord
- le fiancé/la fiancée
- de verloofde
- le mariage
- het huwelijk/bruiloft
- l'impatience
- het ongeduld
- l' impatience
- het ongeduld
- l'ombre
- de schaduw
- posséder
- bezitten
- près de
- dichtbij
- prêt à
- bereid om
- prévoir
- voorzien/plannen
- se disputer
- ruzie maken
- se marier
- trouwen
- s'entendre
- met elkaar op kunnen schieten
- la femme
- de vrouw
- la mairie
- het stadhuis
- l'alliance
- de trouwring
- le divorce
- de scheiding
- le mari
- de man
- le témoin
- de getuige
- le voyage de noces
- de huwelijksreis
- l'époux/l'épouse
- de echtgenoot/de echtgenote
- l'invité
- de gast
- se marier avec quelqu'un/épouser quelqu'un
- met iemand trouwen